Het
recente artikel van Sam van Rooy over de islam op ‘Doorbraak’(1) is het zoveelste
bewijs dat klagen over de moeizame integratie van moslims in Europa bij velen
nooit een roep is geweest om hervormingen binnen de islam, maar een streven
naar totale assimilatie van moslims met volledige uitwissing van hun religieuze
identiteit.
Wie zo kan afgeven op moslimhervormers die hun eigen geloofsgenoten
zo kritisch de maat nemen als Montasser doet, geeft daarmee de boodschap af dat
het toch nooit goed genoeg is en dat het hele eerste deel van het artikel van Van
Rooy in feite niet geschreven had hoeven worden. Hij had meteen kunnen beginnen
met de alinea waarin hij uitlegt dat de leer van de islam zelf niet deugt en
dat daarom geen enkele moslim ooit zal deugen, tenzij (zelf verklaarde) moslims
elementaire delen van de islamitische leer links laten liggen. Het betoog van
Van Rooy kan samengevat worden als ‘Goed gedaan Montasser. Applaus voor de
scherpzinnige zelfkritiek (2), maar je deugt evengoed niet, want je blijft een
moslim’.
Ik
begrijp dat veel mensen in Europa zich in hun eigen culturele waarden en
vrijheden bedreigd voelen, maar de realiteit is dat er 1.4 miljard moslims op
de wereld rondlopen die we niet even kunnen wegtoveren. Als we de mogelijkheid
tot modernisering en hervorming voor de islam bij voorbaat uitsluiten en in ‘geloofsafval’
onder moslims de enige oplossing zien voor het creëren van een veilige en
stabiele wereld, dan zou ik zeggen ‘droom maar lekker verder’. Het westen is in
politieke, economische en militaire zin op allerlei manieren verbonden met de
islamitische landen en de politieke waarheid is dat we ons de absolute vrijheid
helemaal niet kunnen veroorloven op dit moment, tenzij we onze auto laten staan
en enkel nog met de fiets op vakantie gaan of naar het werk rijden. Ook zullen
we dan de afzetmarkt voor westerse wapens in het Midden Oosten moeten opgeven,
evenals onze militaire steunpunten in Saoedi-Arabië, Pakistan en Turkije. Er
zouden bovendien geen grote Europese voetbalclubs meer gesponsord mogen worden
door Golfstaten, want ook dat zou immoreel zijn. Maar islamcritici houden zich
liever bezig met de ideologische strijd dan met de politieke realiteit waar wij
ons als westerse landen ingewikkeld hebben.
Bronteksten niet
maatgevend
Net
als zijn vader Wim van Rooy is Sam van Rooy erg gefixeerd op de bronteksten en
hij denkt dat een complete religie met haar 1400 jaar geschiedenis verklaard
kan worden uit de Koran, hadith en Sira. Hoe onzinnig dit is, blijkt wel uit zijn
misvatting dat de islam in grote delen van de wereld zou zijn verspreid door
islamitische legers die geen ander doel hadden dan andere culturen omver te
werpen en te onderdrukken. Dit is om twee redenen niet juist, want zelfs de
gewelddadige eerste honderd jaar van de Arabische expansie vlak na de dood van
Mohammed heeft niet geleidt tot doen verdwijnen van andere culturen. De islam
was als religie juist zeer goed in staat om haar heerschappij op te leggen aan
andere volkeren, terwijl deze hun eigen identiteit mochten behouden, zij het
dat ze de dhimmi-belasting moesten betalen en geen nieuwe kerken of tempels mochten
bouwen in veroverd islamitisch gebied. Maar van gedwongen assimilatie was meestal geen sprake, want in het Huis der Wijsheid, de wetenschappelijke
en filosofische school die werd gesticht in Bagdad waren het veelal Syrische
christenen die de vertalingen verzorgden van de Griekse filosofische en
medische teksten naar het Arabisch. Ook van de Perzische cultuur nam de islam
veel literaire en mystieke elementen over die zich geheel verstrengelden met
het islamitisch geloof. Naar alle waarschijnlijkheid zijn veel niet-moslims in
de loop der eeuwen tot de islam overgegaan om praktische redenen, om zo af te
komen van de dhimmi-status en vaak ook voelden zich aangetrokken tot de
islamitische mystiek, die tot het jaar 1700 grote invloed uitoefende in de
islam.
Wereldwijde
verspreiding van de islam
Daarmee
kom ik op een ander belangrijk punt bij de verspreiding van de islam; de
mystieke broederschappen. Onmiskenbaar is de islam in veel landen met geweld en
bloedvergieten verspreid (daarbij moet onderscheid worden gemaakt tussen
bezetting van land en de bekering tot het geloof), maar in diverse landen die
vandaag de dag tot de wereld van de islam behoren kwam de verspreiding van het
geloof voornamelijk tot stand door Arabische handelaren die de hele wereld
afreisden en door soefi-broederschappen. Vooral de soefi-broederschappen waren
erg succesvol in het verspreiden van de islam, omdat ze zich vanuit hun sterk
subjectieve beleving van de islam makkelijk konden aanpassen aan nieuwe culturen
en vaak een synthese bewerkstelligden tussen de bestaande culture en religieuze
opvattingen die ze aantroffen en hun eigen leerstellingen. Dat er door de
eeuwen heen maar één soort islam heeft bestaan en dat die geheel en al
gewelddadig was, is in strijd met de historische en culturele feiten. De
islamgeleerde Seyyed Hossein Nasr zegt hierover:
’De klassieke
islam kende al een grote verspreiding over de gehele wereld, van China tot aan
Marokko. Het klassieke christendom was meer lokaal (Europees) en de islam meer
wereldwijd. Christendom was afgezien van minderheidsgroepen meer een etnische
en religieuze homogene groep. In de islam was meer diversiteit vanaf het begin:
Arabieren, Perzen, Turken (vanuit Azië), zwarte Afrikanen, Indiërs, Chinezen,
Maleisiërs.’(3)
Dat
de islam de meeste van die culturen in hun waarde liet blijkt uit het feit dat
in Perzië driehonderd jaar na de verovering door de islam in de meeste
provincies de helft van de bevolking nog steeds de religie van Zarathoestra
toegewijd was. En omdat in de Perzische mystiek de voor-islamitische elementen
tot een harmonieuze synthese werden gebracht met de islamitische geloofsleer
gingen na verloop van tijd veel aanhangers van de oude religies over tot de
islam. Vaak bleef de oude leer onderhuids bestaan via mystieke
inwijdingsgenootschappen, die zich in uiterlijke zin islamitisch betoonden,
maar geleidelijk aan werd de islam hun nieuwe identiteit. De Gnostische en neoplatoonse
leerstellingen van een ver verleden zijn echter tot op de dag van vandaag een
onderdeel gebleven van de Perzische (Iraanse) filosofie. De reden dat we Iran
vandaag de dag associëren met religieuze onderdrukking, fanatisme en terreur heeft
vooral politieke oorzaken die met gebeurtenissen in de twintigste eeuw verband
houden.
Kruisvaardersrethoriek
bij islamisten en islambashers
Het
is een tijdrovende en welhaast zinloze bezigheid om islambashers als Van Rooy
uit te leggen dat de christelijke cultuur op diverse momenten in de
geschiedenis vruchtbare culturele en wetenschappelijke uitwisselingen heeft
gekend met de islam, alsook goede handelsbetrekkingen en spirituele contacten
(via de Tempeliers en het Arabisch Spanje), want dit wordt door hen
gebagatelliseerd. Ook het gegeven dat soms christelijke monniken uit Frankrijk
en Duitsland studeerden aan universiteiten in het Arabisch Spanje, samen met
joodse geleerden, zien zij graag over het hoofd. Liever hanteren ze het beeld
van de kruistochten, ook al was dit maar een onderdeel van de verhoudingen
tussen het christelijke Europa en de
islam door de eeuwen heen. Moslims werden lang niet altijd als bloeddorstige
veroveraars gezien, want er bestonden zelfs militaire bondgenootschappen tussen
Europese leiders en islamitische heersers. Als Alexander Pope in 1734 zijn
‘Essay on Man’ schrijft met daarin een verwijzing naar de wervelende derwisjen
uit Turkije, kunnen we daaruit opmaken dat in Europa mensen goed bekend waren
met deze mystici: ‘…As eastern priests in
giddy circles run, and turn their heads to imitate the sun..’. Niet alleen
was men in Europa bekend met veel elementen van het islamitisch geloof en haar
cultuur, er werd ook in veel opzichten waarderend naar gekeken.
Politieke islam
en mislukt modernisme
Islamcritici
willen niet begrijpen dat er in die tijd nog geen politieke islam bestond, het
islamisme, waarvan de ideologie voeding heeft gegeven aan talloze
terroristische groeperingen. De politieke islam is ontstaan als reactie op het
mislukte proces van modernisering in de postkoloniale tijd. Het is te
gemakkelijk om het mislukken van die modernisering geheel en al op de islam te
schuiven en met name op de bronteksten, want tot het jaar 1500 heeft de
islamitische wereld nooit enige hinder ondervonden van de bronteksten om in
wetenschappelijke, spirituele of kunstzinnige zin vooruit te komen. Wel heeft
men in het Ottomaanse rijk de wetenschappelijke revolutie in Europa sterk onderschat,
die begon met de afschaffing van de wetenschappelijke idolen uit het verleden
door de Engelse filosoof Francis Bacon. De islam werd niet alleen door Napoleon
verrast toen die Egypte binnenviel in 1798, maar in feite door de moderniteit
zelf.
Met
die moderniteit heeft een groot deel van de islamitische wereld nog steeds een
probleem, want al wordt er veel westerse technologie geïmporteerd, men is nooit
bereid geweest de culturele waarden over te nemen van de westerse beschaving
die de wetenschappelijke ontdekkingen en de vrijheid van de moderne mens mogelijk
hebben gemaakt. Dit komt omdat in de Arabische wereld de moderniteit gelijk
werd gesteld aan politiek-militaire overheersing door het westen. Het ‘ware
geloof’ (de islam) zou zich nooit de les kunnen laten lezen door niet-moslims
en daarom probeerde men wel de wetenschappelijke vooruitgang te omarmen, maar
niet de westerse cultuur van secularisatie, emancipatie, universele mensenrechten,
gelijkheid van man en vrouw, rechten voor minderheden, atheïsme, enz. Men zag
niet in dat bij een wetenschappelijke cultuur ook een wetenschappelijke
denkwijze en burgerlijke emancipatie paste die geloofswaarheden kritische onder
de loep kan nemen. Of beter gezegd, men besefte dit wel, maar probeerde het te
voorkomen. Hervorming en modernisering waren in de islamitische wereld aan
teveel geloofsrestricties gebonden om echt effectief te kunnen zijn. Het
Saoedische koningshuis bijvoorbeeld, dat door de Britten in het zadel werd
geholpen, wilde geloof en wetenschap strikt gescheiden houden, omdat haar
politieke macht verbonden is met de stroming van het wahabisme, een
reactionaire puriteinse vorm van islam, die vrij nieuw is in de geschiedenis.
Europees
antisemitisme in de islam
De
politieke islam is in zijn geheel een uitvinding van de latere tijd en een
reactie op de moderniteit en de westerse seculiere waarden. Het huidige wijdverbreide
antisemitisme in de islam, dat voor een belangrijk deel haar inspiratie heeft
gehaald uit westerse antisemitische documenten (Protocols of the Elders of Zion,
Mein Kampf) die in de jaren dertig van Europese antisemieten werden
overgenomen, is ook een moderne uitvinding en geen uitvloeisel van het conflict
dat de profeet Mohammed had met de joden die zijn nieuwe leer niet wilden
aanvaarden. Mohammed was wel verbitterd door de afwijzing door de joodse
stammen van zijn profeetschap, maar hij predikte geen genocidaal antisemitisme,
zoals het in Europa vanaf het begin van de twintigste eeuw werd gecultiveerd.
Ook het wijdverbreide complotdenken in de islamitische wereld, de pathologische
projectie van vijandbeelden en het afschuiven van de verantwoordelijkheid voor
het eigen falen in politiek, economisch en wetenschappelijk opzicht, heeft vaak
een verband met dergelijke geschriften. Met een goede zondeboktheorie kan veel
verklaard worden en zo hoeft men niet naar zichzelf te kijken.
Moderne moslims
verwerpen islamisme
Het
is daarom vreemd dat islambashers zich zo vaak in krachtige bewoordingen
uitlaten tegen de islamisten (en steevast traditionele moslims aan hen gelijk
stellen), terwijl het toch in belangrijke mate de verregaande toegeeflijkheid
van hun eigen politieke leiders is geweest die de militante vormen van islam
zoveel ruimte heeft gegeven in onze samenleving, waar de meerderheid van ‘culturele
moslims’ net zo onder te lijden heeft als de niet-moslims. Martin van Amerongen
noteert over de Belgische wijk Molenbeek:
“Maar in de ‘wijken’ van Brussel oefenen zelfverklaarde islamitische
leiders sociale terreur uit, onder andere via de officieuze ‘shariapolitie’ die
toezicht houdt op de islamitische dresscode en of er geen alcohol wordt
verkocht. De bevolking is doodsbang voor ze. Ik ken veel gewone, geslaagde
moslims. Die trekken weg uit die wijken en gaan tussen de katholieke Vlamingen
wonen. Daar worden ze niet lastiggevallen door baardmannen die vertellen hoe ze
moeten leven.” (4)
Een
duidelijk voorbeeld van hoe gewone moslims zich in meerderheid niet herkennen
in de militante en puriteinse opstelling van islamisten, maar voor de harde
islamcritici zijn dit natuurlijk geen echte moslims, want echte moslims zwaaien
met een zwaard en willen alle niet-moslims onthoofden of op zijn minst hun
levenswijze opdringen. Wie dat niet doet is geen ‘echte’ moslim en bijgevolg
hebben er in de islamitische wereld door de eeuwen heen bijzonder weinig
moslims gewoond! Alle redelijke, onderlegde, tolerante, wetenschappelijke,
mystieke, kunstzinnige en humane moslims waren blijkbaar huichelaars, want
volgens de heilige islamitische geschriften hadden zij zich allemaal met
bloedvergieten moeten bezighouden. En zo vormt zich het Procrustesbed van de
islam-hater; wie zich bezig houdt met jihadistische terreur is een echte moslim
en wie zich redelijk en hervormingsgezind opstelt is een ‘afvallige’. En laten
de radicalen van de politieke islam het nu net zo verwoorden… Ze zijn Sam van
Rooy en zijn geestverwanten innig dankbaar, want er wordt hen veel werk uit
handen genomen, als ook de autochtone Europeanen de welwillende en
geïntegreerde moslims collectief verdacht maken. Want dat is de belangrijkste
overeenkomst tussen de islamisten en de islambashers, ze hebben beiden vooral
een politieke ‘drive’ en geven niet noodzakelijkerwijs een juist theologisch of
historisch beeld.
Het ‘voorbeeld
van Mohammed’ als afgezaagd voorbeeld
Als
we kijken naar een stukje kritische zelfreflectie van Montasser ten aanzien van
de islamitische gemeenschap vanuit cultureel perspectief, over meisjes die
worden kort gehouden, terwijl jongens erop los leven en het gegeven dat een
groot deel van de moslimgemeenschap niet heeft gestudeerd en niet genoeg
kritisch nadenkt over de eigen patriarchale cultuur, dan beantwoordt Van Rooy
dit met de welbekende verwijzing naar de bronteksten:
’Montasser zou
moeten erkennen dat dit allemaal logische gevolgen zijn van een mohammedaanse
gemeenschap die de oproepen en aansporingen in de Koran als heilig beschouwt -
als het eeuwige, onveranderlijke, letterlijke woord van Allah - en die profeet
Mohammed - oorlogshitser, krijgsheer, veroveraar, verkrachter, overvaller,
slavendrijver, kindermisbruiker - als de perfecte mens en dus hét na te volgen
voorbeeld ziet.’
Alles
wordt bij hem verklaard uit de leer en altijd lopen bij dit soort van
islamkritiek twee zaken door elkaar heen; de traditionele islam die een
probleem heeft met de moderniteit en mensenrechten door onderontwikkeling en
politieke instabiliteit in veel moslimlanden en de uitgesproken afkeer van de
moderniteit van de islamisten van de politieke islam, die elke vorm van
secularisatie en culturele diversiteit afwijzen en uitsluitend volgens de
shari’a willen leven, opgenomen in de grondwet. De traditionele islam biedt wel
degelijk ruimte voor hervorming en modernisering en zou onder bepaalde
voorwaarden geschikt kunnen worden gemaakt voor democratie, zoals in landen als
Tunesië al is aangetoond. De politieke islam wil dit proces saboteren en de
schuld van de misère in de islamitische landen afschuiven op de secularisatie
zelf, die zij als een ‘joodse uitvinding’ beschouwen, speciaal ontwikkeld om de
islam te vernietigen. Hoewel veel gewone moslims het samenzweringsdenken van de
Pan-Arabische nationalisten en later de islamisten hebben overgenomen, zijn de
meeste moslimgeleerden van de traditionele islam zich ervan bewust dat de
politieke islam in meerdere opzichten een verschijnsel is van de moderne tijd en
niet ‘authentiek’ of ‘puur islamitisch’. Dit wil echter niet zeggen dat het
islamisme en jihadisme helemaal niets met de islam te maken hebben, want dat is
weer het andere uiterste. De verbinding tussen de islam en het terrorisme is de
totalitaire politieke ideologie van de islamisten, die westerse waarden
afwijzen en zich met geweld of via de stembus richten op een islamitische
staat, in het Midden Oosten, Azië of in Europa.
Een seculiere of
een religieuze wereldorde
Het
tragische van de opstelling van mensen als Van Rooy is dat zij juist de
hervormingsgezinde en goed geïntegreerde moslims die waarschuwen voor de
politieke islam het werk bijzonder moeilijk maken en dat goedwillende moslims
zich in toenemende mate in dezelfde hoek gedrukt voelen als hun militante
geloofsbroeders. Door een valse discussie te voeren over de tegenstelling
‘moslims/ niet-moslims’, die eigenlijk een tegenstelling behoort te zijn van een
geseculariseerd wereldbeeld en een magisch-mythologisch wereldbeeld van
onderontwikkelde landen, wordt het probleem met de dag groter en neemt de
veiligheid van moslims en niet-moslims met de dag af. Wie zijn ongenoegen wil
uiten over de veel te naïeve houding van politici ten aanzien van de
mentaliteit en de motivaties van moslimimmigranten uit landen als Afghanistan,
Pakistan, Syrië, etc, zou er beter aan doen om te differentiëren tussen de
politieke islam en de traditionele islam en daarnaast tussen de moderne islam
(tot voor kort bijvoorbeeld het seculiere Turkije, maar met Erdogan zijn we
weer terug bij af) en de premoderne islam waarvan de opvattingen voor een deel onverenigbaar
zijn met onze vrije en open westerse samenleving. Een hervormingsproces van de
islam kan zeker in Europa op gang
gebracht worden, maar niet zo lang er van zowel de linker als de rechterzijde
geen bereidheid is om te onderscheiden tussen een politieke en een traditionele
islam.
‘Vredesreligie’
of ‘moordmachine’
Zolang
politiek links de islam uitsluitend als ‘vredesreligie’ blijft zien en politiek
rechts de islam vooral beschouwt als een moorddadige ideologie die enkel komt
‘om te bezetten en te usurperen’ zullen uiteindelijk de extremisten er met de
buit vandoor gaan in de vorm van een totale verdeeldheid en politieke chaos in
Europa. Het onderscheid tussen de traditionele islam en het islamisme werd
nergens zo goed aangetoond als in het Europees-islamitische land Bosnië, dat
vóór de burgeroorlog in Joegoslavië een zeer gematigd land was. Na het
militaire en politieke geblunder van de internationale gemeenschap in die regio
en het uitroeien door de Serviërs van grote groepen Bosnische moslims, grepen
in de naoorlogse periode de islamisten er hun kans en nu zijn de boerkas een
algemeen verschijnsel geworden in het straatbeeld.(5) Het wrange is dat dit
islamitische land ooit bevolkt werd door de christelijke sekte der Bogomielen, die
indertijd vrijwillig tot de islam overgingen, omdat ze doodziek waren van
langdurige vervolgingen door de katholieke kerk. In de moderne tijd werden ze
wederom door het westen in de steek gelaten en hierdoor werd uiteindelijk de
politieke islam haar toevlucht (met missionaire invloed vanuit de golfstaten). De
Bosnië-kwestie verschafte eveneens de Turkse minister van buitenlandse zaken
Davutoglu een alibi om zijn islamistische neo-Ottomaanse dromen verder uit te
werken, (6) want overal waar het westen politiek faalt zijn islamisten er als
de kippen bij om er in te stappen met hun ‘islamitische oplossing’.
‘Collectieve
dwangneurose’
Het
is jammer dat veel islamcritici dit soort ontwikkelingen negeren en altijd weer
‘Ja, maar…’ terugkeren op de leer van de Koran en hadith, terwijl die bronnen
toch vooral in de postkoloniale en moderne tijd zo expliciet gewelddadig en
antiwesters worden uitgelegd, met een overduidelijke allergie voor
‘geïmporteerde invloeden’, terwijl de islam feitelijk in haar geschiedenis van
1400 jaar talloze culturele invloeden heeft overgenomen van andere beschavingen
en daar vaak beter van geworden is. In het verleden heeft ze zich daar ook
nooit voor geschaamd, want kennis stond hoog aangeschreven in de islam,
ongeacht de oorsprong ervan. Het bewijs voor de harde islamcritici dat de islam
fundamenteel niet deugt en vanuit haar bronteksten geheel en al afgeserveerd
kan worden, alsof er nooit een culturele brug tussen de islam en het westen heeft
bestaan, wordt gevonden in de verklaringen van ex-moslims die uit eigen
ervaring aantonen dat de islam een ‘mentale gevangenis en collectieve
dwangneurose’ is, waaruit mensen met gezond verstand zich alleen maar kunnen
bevrijden. Ik vindt dat een prachtige beschrijving van de politieke islam en ik
hoop dat er meer mensen zullen komen die deze totalitaire ideologie kunnen
onderscheiden van de brede, culturele islam van de traditie. Dat zou
moslimhervormers als Montasser meer recht doen en bovendien is dat meer in
overeenstemming met de eigen westerse waardering voor het rationele verstand
boven de blinde emoties, die opgestuwd door de ‘culturele uitverkoop’ door onze
eigen politieke leiders, geen ruimte laten voor iets anders dan een
absolutistisch vijandbeeld uit naam van de vrijheid.
Sven Snijer
(1)
Niet te
kiezen tussen Dyab Abou Jahjah en Montasser AlDe’emeh
(3) Islam and the West, 2004 - Seyyed
Hussain Nasr, The Teaching company