Redactioneel
commentaar Dark horse bij onderstaande brief:
Het
was reeds in januari 2018 de bedoeling om de hierna volgende persoonlijke brief
te plaatsen op Dark horse Essays. De schrijfster zag er na tien jaar jeugdzorg/wijkteam-hulpverlening
geen gat meer in en had zich mentaal voorbereid op een situatie waarin zij haar
kleinkinderen tot hun 18e jaar niet meer zou zien. In de hoop dat er
op die manier voor haar dochter nog een schamel restje hoop zou blijven bestaan,
dat als er aan de grootouderverstoting waarin tegenpartij en wijkteam samen één
front vormden zou worden toegegeven, tenminste haar dochter nog enigszins
contact met de kleinkinderen zou kunnen blijven houden. Dit zou aan zeer
stringente voorwaarden gebonden zijn, waardoor zij feitelijk de speelbal zou
worden van de grillen van haar ex, haar ex-schoonmoeder en hun advocaat, door
het ondertekenen van een wurgcontract (zie: brief) met de welwillende
medewerking van het sociale wijkteam bij deze chantagepraktijken. De redactie
van Dark horse besloot de brief te bewaren en eerst de redelijke weg te
bewandelen door bij het wijkteam en de gemeente die het betreft een uitgebreide
en goed onderbouwde klacht neer te leggen. Toen dit geen enkel effect had en de
tijd begon te dringen door de aanhoudende juridische dreigementen van de
tegenpartij, schoven moeder en dochter op advies van Dark horse hun eigen
advocaat aan de kant en ruilden deze in voor een meer doortastend persoon die
echt tegengas kon geven.
De
juridische procedures lopen nog, maar omdat de tegenpartij het spel blijft
spelen via indoctrinatie van de kinderen en de gemeente noch het wijkteam ook
maar enige bereidheid hebben getoond hun verantwoordelijkheid te nemen voor het
welzijn van de kinderen, die recht hebben op kwalitatief hoogstaande
geestelijke gezondheidszorg dat het wijkteamniveau overstijgt, publiceren we de
brief alsnog. Het virtuele afscheid van de kleinkinderen aan het einde van de
brief is niet langer aan de orde, want de briefschrijfster is strijdbaarder dan
ooit. Ze wordt bijgestaan door haar zuster, waarmee ze samen een dossier van
tien jaar jeugdzorg/wijkteam-ellende heeft bijgehouden. Dark horse heeft zich
gevoegd bij dit team, om er samen met de nieuwe advocaat van moeder voor te
zorgen dat er met deze familie geen spelletjes meer gespeeld kunnen worden
zoals in het verleden. De boosdoeners in deze casus hebben allemaal een
jeugdzorgconnectie: Zeven jaar lang gezinsvoogden van jeugdzorg, de wijkteam-casemanager
die afkomstig is van jeugdzorg, de therapeutisch begeleider van het wijkteam
werkte bij jeugdzorg, de advocaat van vader is ex-gezinsvoogd, de
wijkteamcoördinator werkte bij jeugdzorg….alles in deze gemeente ‘ademt’ de steriele
sfeer van jeugdzorg. Daarom liepen ook wij tegen de jeugdzorg-muur die zoveel
ouders en grootouders kennen uit eigen ervaring, waarbij normale communicatie
en een gesprek over feiten niet aan de orde is, maar de reeds ingeslagen weg
persisterend wordt vervolgd, ook als dat aantoonbaar in het nadeel is van de
kinderen.
Sven Snijer
“Leugens
en interpretaties hebben of krijgen vaak ‘rechtskarakter’ omdat zij zo
veelvuldig voorkomen.”
(Berthold Brecht)
(Brief
van een moeder van een dove dochter naar een moeder van een dove zoon.)
J.…,
Onder
het mom een zeer bezorgde oma te zijn, zocht en zoek jij op sluwe en manipulatieve
wijze naar middelen en manieren om het leven van je kleinkinderen, mijn
dochter, mij en onze familie (en waarschijnlijk ook het leven van jouw zoon)
totaal te verzieken. Letterlijk…. te verpesten. Ik wil je confronteren met de
wijze waarop jij dat hebt gedaan en nog steeds doet als zorgzame oma, de
afgelopen tien jaar. Hoe jij ‘in het belang’ van onze kleinkinderen, mijn
dochter en jouw zoon hebt gehandeld en hoe je je blijft bemoeien met hun leven.
Voorgeschiedenis
Vanaf
de dag dat jouw zoon en mijn dochter hulp zochten voor hun problemen bij een
maatschappelijk werker ging het mis. Jouw zoon zat zonder werk, op medische
gronden afgekeurd. Hun maatschappelijk werker gaf hen het advies werk te zoeken
voor mijn dochter en hij wilde haar daarin begeleiden. Er was werk voor mijn
dochter in de provincie waar zij vandaan kwam. Dit plan behoefde wel enige
voorbereiding en ondersteuning. Zij zouden wel moeten verhuizen. Mijn dochter
en jouw zoon hadden daar wel oren naar en maakten plannen. Hoe jij daar op
reageerde? Woedend was je! Mijn dochter moest maar alleen gaan wonen en werken
daar. Mijn dochter had altijd al voor problemen gezorgd, zei je. Er deugde
opeens niets meer aan mijn dochter. Jij besloot -zonder dat mijn dochter dat
wist- alle mogelijke oplossingen voor
hen en onze kleinkinderen te torpederen. Daar kwam mijn dochter pas veel later
achter, toen het kwaad als was geschied.
Er
zat een systematiek achter jouw plannetjes. Alles werd van tevoren minutieus
gepland en zorgvuldig door jou uitgevoerd. Jij creëerde een ‘mantra'. Je ‘framede’
mijn dochter. Jij wist precies welke instanties je daarvoor moest benaderen en
hoe je ze moest bewerken. Zie hier een willekeurige kleine greep uit jouw
arsenaal van kwaadaardige acties:
Advocaat
Er
moest een scheiding plaatsvinden tussen mijn dochter en jouw zoon. Vond jij. Je
ging aan de slag. Je wilde geen relatietherapeut. Dat had toch geen zin, schreef
jij. Je wilde geen
bemiddelingsadvocaat inschakelen. “Met zijn allen even om de tafel zitten en de
zaken regelen”, schreef je. Mijn dochter moest maar “naar de psycholoog gaan.
En een eigen advocaat nemen”. Die brief heb ik nog. Jij had al je eigen
advocaat. Zij deed al veel zaken voor je. Zij wist wel hoe je snel kon scheiden
en ervoor zorgen dat de kinderen bij jouw zoon bleven. Achteraf bleek dat jouw
advocaat goed bekend was met de werkwijze van Jeugdzorg. Zij is jarenlang bij Jeugdzorg
werkzaam geweest in verschillende functies. Jij (jullie) hadden het verhaal,
het uitgekookte plan voor de kinderrechter al klaar liggen.
De
eerste rechtszaak ging over de hoofdverblijfplaats van de kinderen. Eerst deed je een melding bij het AMK
(Veilig Thuis). Omdat er kinderen in het spel waren werd er op verzoek een
onderzoek ingesteld door de Raad voor de Kinderbescherming. Waar zouden de
kinderen hun hoofdverblijfplaats moeten hebben? Jij voorzag de Raad van
informatie samen met jouw advocaat, want zij kende
het klappen van de zweep. Mijn dochter was niet eens op de hoogte van
die melding. Daar kwam zij pas veel later achter. Per ongeluk. Jouw zoon kreeg
de kinderen…
Informatie door de
jaren heen
Jij
schreef de toenmalige gezinsvoogd in je
brief met jouw ‘zorgpunten’ dat je een ‘informant’ had gevonden, de ex van mijn
zoon. Nu volgt het ware verhaal.
Mijn
ex-schoondochter vertelde mijn dochter dat zij door een voor haar onbekende
vrouw telefonisch was benaderd. De onbekende vrouw had ”informatie nodig voor
de RvdK”. Zij was informant, vertelde de onbekende vrouw. De vrouw wilde graag
informatie over het reilen en zeilen van mijn dochter en haar familie. De ex
van mijn zoon vertrouwde haar niet en hing op. De onbekende vrouw kreeg geen
informatie. Dat jij die vrouw was, die
informatie nodig had voor de RvdK bleek uit de ‘zorgpuntenbrief’ die je aan de
toenmalige gezinsvoogd stuurde. Door een domme, maar voor ons verhelderende
fout van de onervaren gezinsvoogd (hij overhandigde een ongekuiste versie van
het contactjournaal aan mijn dochter) kreeg mijn dochter die brief in handen. De
wijze waarop jij je over de ex van mijn zoon uitliet… zo denigrerend… zo
schadelijk….staat te lezen in jouw ‘zorgpuntenbrief’ die je naar de gezinsvoogd
stuurde. Naast vele andere ‘zorgpunten’, lees: beschuldigingen en fantasieën.
Huisarts
Je
ging frequent bij de huisarts op bezoek om van hem de uitspraak te krijgen dat
onze kleinkinderen “allergisch” waren voor huisdieren. Poezen in dit geval. Zodat
óf de huisdieren moesten verdwijnen bij mijn dochter, (je wist inmiddels dat
onze kleinkinderen gek waren op die beestjes) óf de kinderen niet meer bij haar
konden komen. Jammer voor je. Dat plannetje mislukte. Het bleek dat zij gewoon
vaak verkouden waren. Daar zouden ze wel overheen groeien, zei de huisarts. Wél
belastend, al deze allergietesten voor onze kleinkinderen.
‘Waargebeurd’
Je
maakte de vader van mijn dochter wijs dat zijn dochter aan iedereen verteld zou
hebben dat zij op 15-jarige leeftijd door haar vader ‘verkracht’ was. Dat mijn
dochter dat aan iedereen verteld zou hebben was voor jou een ‘bewijs’ dat mijn
dochter psychische problemen had. Haar vader, die erg van jouw verhaal schrok, vroeg
zijn dochter om uitleg en kreeg te horen dat het om een heel ander voorval
ging, waar hij niets mee van doen had. Hij vroeg daarna jou weer om uitleg,
maar je wilde hem niet te woord staan. Je schreeuwde alleen maar naar hem. Je
gaf niet thuis. Jij had gedacht dat je steun van hem zou krijgen in je
vernietigingsdrang. Dat viel dus óók alweer tegen. En weerwoord of kritiek of
twijfel aan jouw verhalen duldt jij niet. Nog steeds niet. Je schreeuwde tegen
hem, dat je heus wel wist dat jouw zoon niet voor onze kleinkinderen zou kunnen
zorgen. “Maar als mijn zoon de kinderen niet krijgt, zal ik ervoor zorgen dat
jouw dochter de kinderen ook niet krijgt”. Daar zou jij ‘persoonlijk’ voor zorgen.
De vader van mijn dochter kan deze uitspraak van jou bevestigen.
Persoonlijke
papieren
Je
kreeg vrij snel in de gaten dat dit verhaal bij de vader van mijn dochter niet
opleverde wat jij beoogde. Je gooide er nog een schepje bovenop. Voordat mijn
dochter de gelegenheid kreeg haar persoonlijke eigendommen op te halen in een
loods, heb jij zonder haar medeweten in haar persoonlijke documenten zitten
grasduinen. Je vond een psychologisch schoolonderzoekje en hebt dat
achtergehouden. Met dit schoolonderzoekje heb je getracht officiële instanties
te beïnvloeden door dit verslagje aan hen te overhandigen. Mijn dochter was ten
tijde van dat schoolonderzoekje 6 jaar oud(!) en net verhuisd. Dit
schoolonderzoekje was volgens jou ‘duidelijk bewijs’ dat mijn dochter psychisch
niet in orde was. En jij ‘bewees’ jouw opvatting in combinatie met een heleboel
andere verzinsels die in het Raadsrapport staan. Dit schoolverslagje werd zelfs
gebruikt in het eerste Plan van Aanpak! Gebruikt door een gezinsvoogd die amper
een jaar als gezinsvoogd werkte. ‘Hij mocht alles gebruiken’ vond jij….Dit
verslagje loopt als een rode draad door alle verslagen en Plannen van Aanpak.
Heimelijk filmen
Je
vatte het plan op videobeelden te maken. Deze videobeelden toonde jij aan die personen
die daar volgens jou gebruik van konden maken. Een video-filmpje bijvoorbeeld
over het onderwerp: gehoorapparaatjes van mijn dochter. Zij had vriendelijk aan
jouw zoon per mail gevraagd of hij die kon meenemen naar de overdracht op
vrijdag. Zij schreef nog in haar mail dat zij vermoedde dat de apparaatjes op
een bepaalde plek in het huis van jouw zoon te vinden waren. Hij zou de
apparaatjes meenemen, schreef hij terug. “Ze zijn kwijt!” Dat was de boodschap
die jouw zoon in gebarentaal overbracht aan mijn dochter op die bewuste
vrijdag, toen zij de kinderen kwam halen voor het geplande weekend. Haar
teleurgestelde reactie heb jij op video vastgelegd. “Ik kan je laten zien dat
ze hele rare gebaren maakte.” Wonder boven wonder had jouw zoon op zondag de
apparaatjes wél bij zich. Nu mocht zij de gehoorapparaatjes wel hebben, vond
jij. Jij had je videobeelden te pakken.
Provoceren middels
jouw zoon
-Je
zette je zoon ertoe aan zich provocerend
te gedragen tijdens de overdrachten. Regelmatig kwam hij zonder opgaaf
van redenen te laat. Schoolrapporten van de kinderen ‘vergat’ hij bij de overdrachten.
Mijn dochter moest daar herhaaldelijk om vragen. Als mijn dochter verdrietig of
boos reageerde was jij blij. Je schreef zelfs naar de gezinsvoogd: “Ik heb weer
videobeelden! Als je wilt kan ik ze je laten zien!” Dit alles met de bedoeling
de gezinsvoogd duidelijk te maken hoe agressief en emotioneel mijn dochter was.
‘Psychisch niet in orde hoor!’
-
Het heen-en-weer-schoolschriftje van onze kleinzoon ‘vergeten’. Jij schreef in
dat schriftje ongevraagde, ongewenste en leugenachtige informatie. Informatie over
mijn dochter, over onze kleinkinderen en over mensen uit de woon- en
leefomgeving van mijn dochter. Toen mijn dochter daar opmerkingen over maakte
heb jij ervoor gezorgd dat het schoolschriftje verdween. “Vind ik niet erg,”
zei je. “Was niet meer nodig, volgens de gezinsvoogd.” “Kwam alleen maar ruzie
van” zei je tegen de juf….
-
De kinderen in kapotte, afgedragen, niet passende of vuile kleding te laten
overdragen door jouw zoon. En oude, afgedragen kleding te laten meegeven door
jouw zoon in de weekend- of vakantie tas. En wanneer mijn dochter daar over
‘zeurde’ bij jouw zoon, stuurde jij foto’s naar mijn dochter om te laten zien
hoe ze gekleed waren bij jou thuis. “Zo kan het ook!” schreef je eronder.
-
Door zelf luid en duidelijk aanwezig te zijn bij overdrachten, tegen de
afspraken in van het toenmalige gemaakte ouderschapsplan. ‘Grootouders laten de
overdracht over aan vader en moeder en blijven op gepaste afstand’ Je verzon
talloze andere pesterijen. Vlak voor de overdrachten -via agressieve mail- of
tijdens de overdrachten. Mijn dochter heeft zich kranig gehouden. Maar daar kon
jij niet tegen, want volgens jouw zoon had zij altijd een grote mond bij de
overdracht, schreeuwde ze tegen hem, maakte zij rare gebaren, trok ze onze
kleinkinderen aan de arm. ‘Dat zag hij en hoorde hij!’(dove zoon) Het beeld van
een schreeuwende, agressieve en mishandelende moeder moest intact blijven vond
jij. Je mocht immers niet meer filmen van de toenmalige gezinsvoogd, dus
schreef je het maar op.
Dat
wilde ik dan wel eens met eigen ogen zien. Op een strategische plek, buiten het
zicht van jouw zoon, mijn dochter en onze kleinkinderen stond ik te kijken. We
ontdekten per ongeluk van elkaar, dat wij, jij en ik, allebei op grote afstand
stonden te kijken naar de overdracht. Jij klaagde daar later over bij de
gezinsvoogd. Dat ik stiekem stond te gluren. Jij vond het denk ik vervelend dat
ik hele andere dingen zag dan ‘jouw zoon’ vertelde.
Je
schreef naar de toenmalige gezinsvoogd dat ik mijn dochter ertoe aanzette te
schreeuwen en te huilen in de trein, in het bijzijn van haar kinderen en dat ik
een gevaarlijke vrouw was.
Misbruik en
mishandeling
-Je
vond dat je nog te weinig succes had. Het doel werd naar jouw zin niet snel
genoeg bereikt. Opeens had jij iets ‘ontdekt dat elke beschrijving tart’. Onder
het mom vreselijk bezorgd te zijn over het welzijn van onze kleindochter, heb
jij bij officiële instanties zoals de huisarts, kinderarts en het consultatiebureau
van onze kleindochter, je angst, je ‘vermoeden’ geuit dat onze kleindochter (de
dochter van mijn dochter) mogelijk door haar moeder of iemand uit haar omgeving
seksueel misbruikt werd. Jouw kleindochter vertoonde na bezoeken bij mijn
dochter ‘zulk vreemd gedrag bij jou en je zoon.’ En wat deed je toch je best om
de huisarts en de kinderarts te overtuigen van je gelijk! Je liep de deur plat
bij de huisarts. Je eigen kleindochter heb je herhaalde malen laten onderwerpen
aan belastende onderzoeken, omdat je vond dat de huisarts geen gelijk had met
zijn opmerkingen/adviezen. Jij wist het zeker! Een jaar later (toen je nergens
je gelijk kon krijgen) gaf je het op. Je wist te melden -en liet dat
opschrijven- dat het ‘seksueel misbruik nu eindelijk was gestopt’! Dit liet je
opschrijven vlak na de rechtszitting waarbij de rechter had bepaald dat de
kinderen bij jouw zoon gingen wonen.
-
Je vertelde uitgebreid aan de instanties dat mijn dochter onze kleinkinderen lichamelijk
mishandelde en dat je dit al had gemeld bij het AMK. Mijn dochter kwam daar pas
na 16 maanden achter, door met behulp van haar advocaat de medische dossiers op
te vragen bij de huisarts, kinderarts en het consultatiebureau. Mijn dochter vroeg
die dossiers op, omdat er enkele dingen onduidelijk voor haar waren als het
ging om informatie die zij kreeg van onze kleinkinderen en jouw zoon
betreffende de vele bezoekjes aan de huisarts. Uit die dossiers bleek dat jij
het woord voerde. Wat een indianenverhalen! Welke taferelen zich daar wel niet
afspeelden bij de huisarts, volgens jou…Die onze kleinzoon vervolgens zelf
ontzenuwde. Ook de verhalen die jij schreef naar mijn dochter over ernstige
gezondheidsproblemen van onze kleinzoon werden op navraag van mijn dochter bij
de huisarts, door de huisarts zelf ontzenuwd. Hij sprak over ‘een scheef beeld’
dat jij schetste. En zo zijn er talloze voorbeelden van door jouw verzonnen
verhalen.
-Gewapend
met wattenstaafjes en vergrootglas zocht jij in de vagina van mijn kleindochter
naar wormpjes. Je vond blijkbaar dat je dit onderzoek zelf wel kon doen, in
plaats van naar de huisarts te gaan. Onze kleinzoon vertelde mijn dochter dat
zijn zusje het heel vervelend vond wat je deed. “Zij moest heel hard huilen,
mam!” Mijn dochter raakte hier ontzettend van overstuur toen zij het van haar
zoon hoorde. Op advies van haar
advocaat protesteerde zij krachtig via
mail naar jou en de gezinsvoogd. Het antwoord van de gezinsvoogd luidde dat je
‘het niet meer zou doen, maar dat vader in het vervolg beter naar de huisarts
kon gaan’….
-Je
hebt mijn dochter ervan beschuldigd dat zij geweld gebruikte, ook tegen jouw
zoon. Ze zou hem slaan en zijn auto hebben vernield bij de overdracht, in het
bijzijn van onze kleinkinderen. Je hebt aangifte gedaan na vier dagen. Deze
aangifte gebruikte je in een rechtszaak. Je verklaarde in die aangifte dat je ‘gerechtigd
was’ aangifte te doen ‘omdat hij doof was’. Waarbij je onder andere smeuïg aan
de politiebeambte vertelde dat de gezinsvoogd van plan was mijn dochter het
gezag af te nemen. Dat mijn dochter de schade wel niet zou willen betalen,
‘maar dan stond het maar vast op schrift’. Je vertelde ook nog in die aangifte ‘dat
jij het zelf niet had gezien…’
Diefstal
-Je
voerde een huzarenstukje op tijdens een rechtszaak, bij monde van je zoon.
Boedelverdeling: Hij beschuldigde mijn dochter ervan een huishoudportemonnee
met €600,- te hebben meegenomen. Gelukkig had de rechter in de gaten dat het
verhaal rammelde. Jij voelde er namelijk niets voor, na afhandeling van de boedelscheiding
en financiën, het geld waar mijn dochter recht op had uit te betalen. Dit
gebeurde pas twee en een half jaar later, na veel vijven en zessen, met hulp
van onze advocaat. Het moest wel in termijnen, was jouw eis via de advocaat.
Gezag
Omdat
je nog steeds je doel niet bereikt had, smeedde je samen met je advocaat en de
toenmalige gezinsvoogd (vriendin van de advocaat) plannen om mijn dochter het
gezag af te nemen, de omgang met haar kinderen te beperken en de OTS te laten
stoppen. De eerste twee punten, gezag en omgang, kreeg je voor elkaar door een
Verzoekschrift van jouw advocaat en de gezinsvoogd. De OTS stoppen middels een
Verzoekschrift van jouw zoon via de gezinsvoogdij lukte niet…. Je had in dit
geval de kinderrechter niet mee.
Geheimen
Mijn
dochter heeft nooit geweten dat er bij jou op 33-jarige leeftijd een erfelijke
nierziekte was geconstateerd. De kans was groot dat een of meerdere van jouw
vijf kinderen dezelfde ziekte zou hebben. Een van jouw dochters bleek op 19-jarige
leeftijd diezelfde nierziekte te hebben. Was dat de reden dat jij niet blij kon
zijn toen mijn dochter vertelde dat zij in verwachting was? Ik was in de
wolken. Ik wist ook niets van deze geschiedenis. Was dat jouw geheim? Niet zo
lang geleden werd een niertransplantatie van levensbelang voor jou. Na twee
mislukte transplantaties was een derde transplantatie noodzakelijk. Toen jouw
kinderen aanboden één van hun nieren af te staan, bleek na onderzoek jouw zoon,
de vader van onze kleinkinderen, dezelfde ziekte te hebben. Je zei: “De kans is
nu groot dat één van onze kleinkinderen die ziekte ook heeft, maar voorlopig
maken we ons geen zorgen. We laten het ook nog niet onderzoeken, want je belast
de kinderen daar alleen maar mee. Ook in verband met verzekeringen in de
toekomst. Want dan moeten we dat opgeven.” Een bewuste keuze wel of geen
kinderen te willen, om daarover te praten met haar man, is mijn dochter onthouden.
Vond
jouw zoon het niet belangrijk haar daarover te informeren? Vond jij het niet
belangrijk mijn dochter daarover te informeren? Wist jouw zoon dit misschien zelf
ook niet? Inmiddels heeft hij nu ook een niertransplantatie achter de rug. Mijn
dochter leeft wel met die angst…Door op manipulatieve wijze problemen op te
lossen, ze te omzeilen of aan een ander toe te schrijven, verzonnen feiten uit
je mouw te schudden en situaties naar je hand te zetten met hulp van
goedgelovige of bevriende hulpverleners, vernietig jij anderen hun leven.
Indoctrinatie
Het
meest kwalijke van dit alles is dat jij er niet voor terugdeinst onze
kleinkinderen en ook jouw eigen zoon te misbruiken voor je eigen doeleinden. Door
de kinderen uitspraken in de mond te leggen (soms via je zoon), jouw zoon
uitspraken in de mond te leggen via jouw mailberichten en gesprekken met
verschillende instanties. Door voortdurend het woord voor je zoon te voeren, zowel
mondeling als schriftelijk en zijn naam te gebruiken onder jouw epistels. Want
jij weet als geen ander dat hij niet in staat is goed te schrijven of zich
duidelijk uit te drukken. Je bent doodsbenauwd om hem zonder jouw aanwezigheid
zelfstandig te laten communiceren met instanties. Anderen zullen dan merken dat
hij eigenlijk niet in staat is zijn eigen gedachten en meningen te formuleren. Dat
hij niet in staat is zelfstandig jouw leugens over te brengen. En dat hij
vragen niet begrijpt. Kort samengevat, dat hij feitelijk niet in staat is zonder
zijn moeders hulp te functioneren, omdat hij volkomen afhankelijk is gemaakt.
Psychologisch onderzoek
De
gezinsvoogd twijfelde op zeker moment aan de verstandelijke vermogens van mijn
dochter en vond het raadzaam mijn dochter deel te laten nemen aan een
agressie-regulatie training. Mijn dochter heeft zich psychologisch laten
onderzoeken. Mijn dochter werkte namelijk altijd mee met de gezinsvoogd uit
angst haar kinderen te verliezen. Het onderzoek wees uit dat zij normaal
begaafd is. Haar psychische gesteldheid is in orde. Uit het onderzoek kwam ook
naar voren dat zij niet agressief was en niet in aanmerking kwam voor een
‘agressie-regulatie’ training.
Mijn
dochter is inmiddels wel allergisch geworden voor jou, je zoon en de deskundige
gezinsvoogden/jeugdhulpverleners die jullie zo makkelijk aan je kant krijgen.
Zo ‘lipleest’ mijn dochter via onze kleinkinderen veel negatieve uitspraken van
jou over haar. Negatieve uitspraken over haarzelf en haar familie. Deze
uitspraken noteerde mijn dochter en stuur deze op naar haar advocaat. Niet naar
jouw zoon. Heel af en toe gaf haar advocaat het advies toch enige uitleg te
vragen over die uitspraken aan jouw zoon of aan de gezinsvoogd/jeugdhulpverlener.
Als de uitspraken te vreemd waren of te kwetsend… zeker uit de mond van
kinderen. Je vraagt je af waarom mijn dochter zo weinig daarover gemaild heeft
naar jouw zoon? (Lees: jou)
-Omdat
mijn dochter beslist niet wilde dat de kinderen daar problemen door zouden
krijgen.
-Omdat
zij wist dat niet jouw zoon antwoord gaf. Jij beantwoordde haar mail.
-Omdat
zij zelden of nooit antwoord kreeg op haar vragen van de gezinsvoogd/
Jeugdhulpverlener.
-Omdat,
wanneer het belangrijk genoeg was om te melden aan jouw zoon, er altijd
schrikbarend veel mail op volgde. Frustrerende mail voor mijn dochter, met
beschuldigingen en insinuaties aan het adres van mijn dochter of haar familie.
Mail van jou afkomstig...
Bovenstaande
is slechts een kleine greep uit jouw grote arsenaal van pesterijen, frustrerende acties,
dreigementen, provocaties, leugens en verdachtmakingen. Kun je je nog
herinneren dat je naar mijn dochter schreef: “Al is de leugen nog zo snel….?”
Geduld?
Jij
zelf hebt tien jaar geleden een keer telefonisch tegen mij gezegd dat wanneer jij
iets als een probleem ervaart, je dat het liefst gisteren nog opgelost wilde
zien op jouw manier. Omdat je ‘te weinig geduld had’ zei je en ‘je zoon had nog
minder geduld’. Je noemde dat een ‘vervelend karaktertrekje’ van jezelf. Jij
had dat inmiddels wat ‘beter onder controle’ zei je nog.‘Je was ouder en wijzer
geworden. Jouw zoon moest dat nog leren,’ zei je. Niet lang daarna besloot je
de problemen tussen jouw zoon en mijn dochter -het waren nota bene jouw problemen niet eens- op te lossen op
jouw geduldige manier. Jij gaf hen niet eens de kans en de tijd het samen op te
lossen met hulp van maatschappelijk werk en/of relatietherapie. Inmiddels
ervaart mijn dochter nu bijna tien jaar lang hoe geduldig en wijs jij iets wilt
en kunt oplossen.
Wat
is jouw probleem ‘collega- oma’? In wiens belang handel je? Welke normen en
waarden hanteer je en wie wil je beschermen?
[Uitspraken
van de gezinsvoogd opgetekend in haar laatste Evaluatie OTS.]
“Vader heeft sinds
dat de intensieve begeleiding vanuit P. (organisatie) en de verbeteringen ten
aanzien van het contact en communicatie tussen moeder, haar advocaat en de
gezinsvoogd, een achterdochtige houding. Hiermee voedt hij de strijd tussen
moeder en hem, maar dit zorgt tevens voor een negatieve houding in de
samenwerking tussen hem en de gezinsvoogd.”
“Vader gedraagt
zich sinds hij het gezag heeft provocerend naar moeder in zijn mail. [1] Vader is niet in staat zelfstandig
conflicten op te lossen.[2] Vader
voedt de strijd.” (…) “Vader werkt goed samen met de gezinsvoogd.”
“Daarnaast is het
zo dat hij nu alleen belast is met het gezag. Dit resulteert soms in een
provocerende houding”
Oeps!
Het zal je maar gezegd worden over je zoon. Woedend was je! Had de gezinsvoogd
misschien gelijk? Ging het over je zoon of eigenlijk over jou? Je schreef
daarna mails die nog feller waren. Dit was nadat de gezinsvoogd haar dossier
overdroeg aan de ‘jeugdhulpverlening in het vrijwillig kader’ met de nodige
adviezen en afspraken die zij als voorwaarden stelde. De gezinsvoogd vertelde
bij de rechter dat OTS niet meer nodig was, omdat de situatie sterk was
verbeterd. De rust was weergekeerd, zei ze. Bofte jij even. Nieuwe toehoorders!
Je kon weer voluit je gang gaan. Je zette de oude lijn voort met maar één doel
voor ogen: Mijn dochter frustreren om zo
het contact tussen mijn dochter en haar kinderen proberen te verbreken. Je zoon
hield zich na de overdracht nog minder aan de gemaakte afspraken en gedroeg
zich zo mogelijk nog provocatiever. De nieuwe begeleiders lieten zich braaf
door jou informeren. Jij voorzag hen van rapportages en dossiers van weleer,
uit de jaren voordat de OTS werd afgesloten. Jij legde aan hen uit hoe ze de
dossiers en rapportages moesten lezen en interpreteren, want jij had intensief
contact gehad met de vorige gezinsvoogden.
[1]“Vader gedraagt zich sinds hij het gezag
heeft provocerend naar moeder in zijn mail.” schreef de gezinsvoogd.
‘Zijn’
mail was dat al van begin af aan…..Zijn mail, zijn weekverslagen…. Het staat
bol van de insinuaties, verkeerde of halve informatie. Vragen van mijn dochter
over haar kinderen werden genegeerd of in de vorm van een beschuldiging
beantwoord. Denigrerende uitlatingen waren aan de orde van de dag. Er werden en
worden klinkklare leugens verteld over en tegen mijn dochter, over en tegen
onze kleinkinderen. Uit de mails bleek dat jij onze kleinkinderen zo uithoorde
en doorzaagde over de doorgebrachte tijd bij mijn dochter, dat zij zelf niet
meer wisten wat hun moeder nu wel of niet gedaan of gezegd had. Je
interpreteerde hun verhalen, kleurde wat bij, voegde er wat aan toe, haalde er
wat van af…. Gaf het door aan je nieuwe toehoorders. Op een heimelijke en
listige wijze voorzag jij de gezinsvoogd (nu vervangen door het sociaal
wijkteam) met je voorgewende oprechtheid van de meest walgelijke informatie en verhaaltjes.
Briefjes en tekeningen van onze kleinkinderen. Informatie over wat mijn dochter
allemaal gezegd en gedaan zou hebben. Je vertelde hen wat “de verwachtingen en
wensen waren van jouw zoon en onze kleinkinderen” betreffende mijn dochter en
de toekomst. Persoonlijk contact tussen mijn dochter en jouw zoon wordt door
jullie angstvallig vermeden. ‘Vanwege het verleden’ wordt er gezegd in een mail
van het sociaal wijkteam, onlangs verstuurd aan mijn dochter. ‘Ter bescherming van
de kinderen’.
Hulpverlening
Hoe
sommige gezinsvoogden/jeugdhulpverleners werken? Hoe het systeem van jeugdzorg
werkt? Ach, de media staan bol van hun werkwijze, van hun zogenaamde
deskundigheid. Jullie zijn elkaars evenknie.
Ik
zet hier een paar uitspraken voor je op een rij waar mijn dochter de afgelopen
jaren mee werd geconfronteerd. Uitspraken van jou, je zoon en de
gezinsvoogd(en) jeugdhulpverlening.
• Moeder mishandelt haar kinderen
• Seksueel misbruik van haar kinderen,
door moeder of iemand in haar
omgeving.
• Moeder steelt
• Moeder wordt geslagen door haar vriend
(?!)
• Moeder is onbereikbaar als zij het niet
eens is met de jeugdhulpverlening
• Moeder filmt de overdrachten
• Moeder stelt eisen aan de gezinsvoogd
• Moeder accepteert geen hulpverlening van
jeugdhulpverlening
• Moeder zoekt geen psychologische
begeleiding t.a.v. haar
acceptatieproces omtrent de woonplaats van de kinderen, n.l. bij
vader. (Zij heeft maatschappelijk werker
en een psycholoog)
• Moeder moet onderzocht worden op haar
verstandelijke vermogens
• Moeder gebruikt fysiek geweld naar vader
in het bijzijn van de kinderen
• Moeder is afhankelijk van oma (mz)
• Moeder is psychisch labiel
• Moeder komt de afspraken niet na die
gemaakt zijn in het
ouderschapsplan. (Lees vader, waar mijn
dochter al regelmatig over heeft
willen spreken met de gezinsvoogd. De gezinsvoogd
doet het af met: ‘Jij accepteert niet dat de kinderen bij vader wonen.’ Of: ‘Ik
heb vader niet aan een touwtje.’ Of: ‘Ik zal het bespreken met hem’…)
• Moeder weigert te antwoorden op vragen van
de jeugdhulpverlening
• Moeder legt haar kinderen geheimen op
(Wat wordt er in vredesnaam
bedoeld? Geheime kookrecepten?!)
• Moeder indoctrineert de kinderen
• Moeder liegt tegen jeugdhulpverlening
• Moeder is agressief .
[2]
“Vader is niet in staat zelfstandig
conflicten op te lossen.”
Jouw
zoon is nooit zelfstandig geweest. Al sms’ent naar zijn moeder, voor-tijdens en
na zijn huwelijk, tot op de dag van vandaag laat hij alles door jou voor hem
inrichten, oplossen en regelen. Problemen op zijn werk vroeger, gokproblemen,
alcoholproblemen, problemen met onze kleinkinderen vroeger en nu, problemen met
mijn dochter….Vroeger en nu….Niets loste hij zelf op. Zou de vroeggeboorte van
jouw zoon met de daarbij opgetreden complicaties tijdens de bevalling -zoals
jij beschreef aan de RvdK- naast zijn auditieve beperking, nog andere blijvende
schade hebben aangericht?
Negeer het maar…
Slechts
één keer heeft mijn dochter gedurende een korte periode een doortastende,
heldere, vervangende gezinsvoogd gehad. Deze gezinsvoogd vond dat de houding
van jouw zoon ten opzichte van mijn dochter ‘zwaar over de schreef’ ging.
Binnen drie dagen had jouw zoon een schriftelijke aanwijzing aan zijn broek.
Even waande mijn dochter zich in de hemel. Even dacht zij dat het tij nu eindelijk
zou keren…. Dat ze eindelijk gehoord en geholpen zou worden, maar helaas bleek
haar geluk van korte duur. Toen deze gezinsvoogd weer uit beeld was, kwamen
jouw mails weer binnenstromen. Mails van het oude kaliber.
Op
advies van advocaten en hulpverleners heeft mijn dochter al die jaren heel veel
genegeerd, gepikt van jou en van Jeugdzorg. Een tijd geleden gaf zij aan geen
mail meer te willen ontvangen van jou. In de hoop wat rust te krijgen. Dat
bleek ook niet naar je zin. Je wilde met haar spelen… zoals een roofdier met
zijn prooi. Je wilde heel graag reactie van je prooi. Je verzon weer andere
middelen. Je gaat gewoon door, maar nu met gebruik van ‘wat de kinderen zeggen’,
via de Jeugdhulpverlening, want je past je strategie aan al naar gelang het
soort hulpverleners waar je mee te maken hebt.
De
jeugdhulpverlening maakt zich zorgen om de kinderen, want ‘de kinderen
zeggen’…. Ik gebruik niet langer de term gezinsvoogd, maar jeugdhulpverlening. Sinds
2015 en de veel besproken Transitie hebben we nu te maken met het Sociaal
Wijkteam. Eigenlijk is er geen verschil in de werkwijze van
jeugdhulpverleners/jeugdzorg vóór of na de Transitie, behalve dat het nu nog
onduidelijker is wie de regie voert in een casus.
Je
zoon en jij boffen maar met zo’n hulpverlening. Mijn dochter schoot wel eens uit
haar slof tijdens gesprekken met hulpverleners wanneer ze geen gehoor vond voor
haar klachten en zorgen. Wanneer zij weer allerlei beschuldigingen op haar
bordje neerlegden. Mijn dochter had kritiek op hen en werd wanhopig. Ze voelde
zich machteloos en was bang. En die angst/ boosheid werd braaf opgetekend
tijdens die gesprekken met de gezinsvoogd. ‘Moeder is emotioneel’, ‘Moeder
reageerde agressief’. Volgens de regels van het ‘wetboek’ van jeugdzorg is het
zwaarste vergrijp waaraan iemand zich schuldig kan maken…. Kritiek uiten op
Jeugdzorg! Maar ik begrijp haar heel goed, na zoveel jaar van agressie, pesterijen,
leugens en beschuldigingen van jullie kant. Nu braaf overgenomen door de
zelfbenoemde deskundigen van het wijkteam. ‘Want de kinderen zeggen’… is nu de
nieuwe mantra.
Mijn
dochter is doof. Jeugdzorg ook. Deze instelling blijkt niet te kunnen/willen
horen, lezen of schrijven. Blind voor de ziekmakende onderliggende dynamiek in
een conflict en juist gehoor gevend aan de stoker/intrigant. Jeugdzorg
ontwijkt, geeft nauwelijks of geen antwoord op schriftelijk gestelde vragen van
mijn dochter. Zijn die wellicht te confronterend voor hen? Daar spin jij garen
bij. En dat jouw zoon ook doof is, letterlijk maar vooral figuurlijk, was al
heel lang bekend. Alles laat hij aan jou over. Jammer dat Jeugdzorg dat niet
wil zien, horen of weten.
Zijn
onze kleinkinderen ook zo gelukkig met de huidige situatie? In tegendeel, zij
staan onder druk bij jou, net als je zoon. Hoewel jij daar anders over zult
denken. Jij weet immers wat het beste is voor onze kleinkinderen. Jij hebt
altijd gelijk. Jij bent degene die weet hoe in het belang van jouw kleinkinderen
met hun moeder en met de andere oma moet worden omgegaan. Jij weet toch ook wat
het beste is voor hun vader?
Psycholoog
Ik
heb je handelwijze, je uitspraken, de manier waarop jij blijft manipuleren en
ageren, de hele wijze waarop je jezelf manifesteert ten koste van anderen,
voorgelegd aan mijn eigen psycholoog, want ik zat er doorheen. Ik liet hem
regelmatig jouw mails lezen en Plannen van Aanpak. Hem heb ik verteld wat er
allemaal gebeurde. Ik informeerde hem over het wel en wee van mijn dochter,
mijn kleinkinderen en mijzelf. Ik vroeg hem op welke wijze mijn dochter en ik de
kleinkinderen konden helpen of ondersteunen. Hoe wij onszelf moesten helpen.
Hoe wij met jou moesten omgaan…Mijn psycholoog voorspelde de huidige situatie.
Als niemand zou ingrijpen….. als niemand je zou stoppen…. Hij heeft een
beschrijving gegeven van mensen zoals
jij. Hij heeft gelijk gekregen. Niemand heeft jou gestopt…. Jij laat je niet
stoppen. Jij zult doorgaan tot aan je dood.
Situatie nu:
Separeren, isoleren en elimineren
De
kinderen mogen mij, als jij je zin krijgt, nooit meer zien. ‘Ik heb een
verschrikkelijk negatieve invloed op mijn dochter en haar kinderen. Ik praat
negatief over hun vader en zijn familie en over de jeugdhulpverlening.’ Dit
wordt bevestigd door ‘de kinderen’ staat in een verslagje. Een verslagje van
een telefoongesprek tussen onze kleindochter en de jeugdhulpverlening. In dat
telefoongesprek werden kwalijke dingen verteld door onze kleindochter over de
vakantie bij mijn dochter. Dat telefoongesprek tussen mijn kleindochter en de jeugdhulpverlening
vond plaats bij jou thuis…Wiens brood men eet, diens woord men spreekt? “We adviseren dringend daar niet met je
dochtertje over te spreken” was het advies van de jeugdhulpverlening aan mijn
dochter. Mijn dochter en ik mochten trouwens nooit iets met de kinderen
bespreken. Vragen van de kinderen mochten we niet beantwoorden. Op de vraag van
mijn dochter, in een mail aan het wijkteam wat er toch in godsnaam gebeurd zou
moeten zijn tijdens de vakantie, kreeg ze geen rechtstreeks antwoord. ‘Dat zou
ze wel horen in het gesprek met de kinderen dat nog zou komen…’
Overvaltechniek?
De
omgang met mijn dochter moet wel weer opgestart worden, vinden de huidige
begeleiders. Dat hadden zij mijn dochter inmiddels gemaild voor het gesprek.
Zij heeft de kinderen al vier maanden niet meer gezien, sinds de zomervakantie.
“Het contact moet hersteld worden.” “De kinderen willen moeder dolgraag zien.” Daar
baal jij stevig van. Jij schreef in een mail aan mijn dochter, één dag voordat
‘het gesprek’ met de kinderen en mijn dochter plaatsvond, dat de
omgangsregeling met mijn dochter stopgezet moest worden. Je zette weer de naam
van je zoon eronder. De eerste mail na twee en een half jaar…
Ik
denk dat de huidige begeleiders en jouw advocaat in de gaten kregen dat het
niet zomaar kon, wat jij schreef. Had jouw advocaat je gewaarschuwd dat dit
alleen via de rechter kon? En dat de rechter dan ook de kinderen wilde horen?
Dat risico durfde je niet te lopen. Mij
kon de omgang met de kinderen wel geweigerd worden zonder een rechtszaak. Mijn
dochter niet. Er kwam diezelfde dag een tweede mail. Met een kleine correctie,
‘verduidelijking’ noemde je het. Voor de begeleiders, maar ook voor mijn
dochter. De kinderen mochten mij niet meer zien. Het lag allemaal aan mij, maar
ook wel enigszins aan mijn dochter…
Het
gesprek vond plaats in een kantoorruimte, op neutraal terrein. Een face to face
gesprek met mijn dochter. In het bijzijn van jeugdhulpverlening, twee man sterk.
Pedagogische ‘aanvoerders’ tijdens het gesprek. Mijn dochter wist van tevoren
niet wat er gezegd zou worden door haar kinderen. Ze wist wel dat de kinderen
‘iets kwijt wilden’. Dat zij wensen hadden. En toen kwam jouw aap uit de mouw!
Oma werd in dat gesprek tot op het bot afgebrand door haar kleinkinderen. Na
een heerlijke en gezellige vakantie met verwennerijen, uitstapjes en uren
spelletjes spelen met elkaar. Mijn dochter schrok zich wild. Ze was overstuur,
maar mocht nergens op reageren. Ze mocht het alleen maar aanhoren. Onze
kleinkinderen huilden toen zij hun verhaal vertelden. Over de geslaagde
vakantie spraken zij niet. Uiteraard mocht ik niet bij het gesprek aanwezig
zijn. Dat was ‘te bedreigend voor de kinderen’ zeiden de pedagogen.
Nu
ben ik dus aan de beurt in jouw plannen. Jouw doel is tweeledig. Ten eerste een
poging het contact tussen mijn dochter en mij te saboteren. ‘Je moet je
loskoppelen van je moeder, want anders….’ Ten tweede, het contact tussen mij en
de kleinkinderen proberen te verbreken. ‘Je moeder mag geen contact meer hebben
met de kinderen, want anders…’. Jeugdhulpverlening neemt die uitspraak en
bedreiging van jou over. In het belang van onze kleinkinderen en om hen te
‘beschermen’. Jammer voor jou, maar je kunt het contact dat ik heb met mijn
dochter niet verstoren. Wij zijn te close met elkaar. We houden van elkaar.
Daar komt niemand tussen, zelfs onze kleinkinderen niet, die jij als
chantagemiddel inzet.
Vanzelfsprekend
vind ik het contact tussen mijn dochter en haar kinderen het
allerbelangrijkste. Misschien zal ik mijn kleinkinderen straks door jouw
toedoen niet meer zien of spreken. In het belang van mijn dochter en het
contact tussen haar en haar kinderen, wordt ik gedwongen het contact met mijn
kleinkinderen op te geven. Mijn dochter en ik zien dit als een haast
onafwendbare realiteit, zoals de ‘hulpverlening’ tot nu toe verloopt. Maar wij
zullen dat offer brengen voor de kinderen. Of onze kleinkinderen dat ook zullen
accepteren is een ander verhaal. Mijn kleinzoon riep huilend naar me toe en
zei: “Dag oma!’…toen ik mijn dochter opwachtte na dat bewuste gesprek. Onze
kleinkinderen waren zo verdrietig… Jij
zag en hoorde dat. Jij zat te wachten op onze kleinkinderen. Ik ben bang dat
het weer niet naar je zin was, wat je zag en hoorde... Jouw zoon was in geen
velden of wegen te bekennen. Hij was thuis en liet zijn kinderen na zo’n intens
moeilijk gesprek aan zijn moeder over...
“Het is maar dat
het op schrift staat”…
Deze
uitspraak van jou staat in je aangifte bij de politie. Mijn dochter en ik
hebben ook alles op schrift. Ook de sms’jes en kaarten van- en naar de
kinderen. De skype-gesprekken, foto’s, jouw mails, dossiers, enz. De cadeautjes
en gedichtjes die de kinderen voor mijn dochter en mij maakten worden
zorgvuldig bewaard. Evenals de filmpjes en foto’s van de uitstapjes, vakanties,
weekenden, verjaardagen…Wij ‘zullen door het lint gaan’. De finish bereiken. Hoe
dan ook…. Zonder de kinderen iets kwalijk te nemen.
Een
boek waardig! En dat boek komt er. In dat boek gebruiken we gefingeerde namen,
uit respect voor onze kleinkinderen. De feiten en gebeurtenissen vanaf het
begin zullen duidelijk herkenbaar zijn voor velen in jouw en mijn omgeving. Waarschijnlijk
niet herkenbaar voor jou. Jij herkent en beleeft alleen jouw eigen verhaal,
jouw eigen werkelijkheid. Jij hebt jouw verhaal trouwens al laten optekenen. Het
staat al op papier. Al tien jaar schrijf jij jouw verhaal, jouw werkelijkheid. Verzinsels
ontsproten uit jouw brein. Het is weliswaar niet in boekvorm verschenen, maar
heeft de vorm aangenomen van dossiers, mails en Plannen van Aanpak. In
samenwerking met jouw gewillige ‘co-schrijvers’. In al die verslagen van de jeugdhulpverleners
waarin staat ‘wat de kinderen zeggen’ klinkt jouw stem, jouw onderhuidse
invloed die leidt tot scheiding en verdriet. Besef je wel dat onze kleindochter
nu al een persoonlijkheidsstoornis aan het ontwikkelen is? De jeugdzorghulp is
in dergelijke gevallen bekend; ze mag ‘tot rust komen’ afgesneden van een deel
van haar familie tot haar achttiende jaar. Ik
zal met hulp van wie dan ook en op wat voor manier dan ook, zolang als het zal
duren de integriteit van mijn dochter en mij en van onze familie herstellen. Ik
ga door. Ik verdwijn niet, ik verander niet, maar leef mijn leven. En ik blijf
intens veel van onze kleinkinderen houden. Onze kleinkinderen zullen te zijner
tijd begrijpen wat jij hebt aangericht in hun leven, als ze op volwassen
leeftijd zelfstandig onderzoek kunnen doen naar hun jeugd en
familiegeschiedenis.
Groeten
van,
Een
oma,
die
dankzij jou en de bereidwillige medewerking van ’Jeugdhulpverlening in
vrijwillig kader’ haar kleinkinderen voorlopig niet meer kan zien of spreken.
PS.
Nog even een ‘kleinigheidje’
De
laatste stunt die jij onlangs uithaalde met onze kleinkinderen was dat je ze vertelde
dat jij wel een huis wilde kopen voor mijn dochter… “Dan kunnen we de helft van
de week bij jou wonen mam!” Dit sms’te onze kleinzoon naar mijn dochter. Hij
was zo blij dat hij haar dit kon vertellen. Vlak daarna kregen we het
wurgcontract van jouw advocaat met ‘door de cliënt aangescherpte eisen’ waarin
mijn rol in het leven van de kleinkinderen voorgoed wordt weggesneden.
Wilde
je goede sier maken bij de kleinkinderen, door te laten zien hoe aardig je bent
voor hun moeder? Goede sier maken bij mijn dochter? Bij het sociale wijkteam?
Wist jouw zoon daar eigenlijk van? Jouw zoon die mijn dochter nooit meer wil
zien, niet met haar wil praten, geen contact met haar wil hebben? Wie wil jij
hier voor de gek houden? Ons houd jij niet meer voor de gek. Maar dat jij de
kleinkinderen voor de gek houdt op deze manier, om een goede indruk te maken op
anderen, laat zien dat wat werkelijk in hun belang is, jou niet in het minst
interesseert.
[Bovenstaande
feiten zijn te vinden in onderstaande documenten/bronnen, gecontroleerd en
bevestigd door de redactie van Dark horse]
Raadsrapport
Medische
dossiers
Contactjournaal
Aangifte
politie
Plannen
van Aanpak en verzoekschriften gezinsvoogd(en)
Beschikkingen
rechtbank(en)
Ouderschapsplannen
Mailwisseling
Foto’s
Apps
van de kinderen.