woensdag 18 oktober 2017

Schaf de OTS af - deel 2


Het regent bewijzen dat een ondertoezichtstelling door jeugdzorg geen enkele garantie biedt voor de veiligheid van kinderen, maar desalniettemin draait de jacht op kindermishandeling vanuit de Augeo Foundation op volle toeren. Meer instanties moeten worden betrokken bij de Meldcode kindermishandeling om het aantal meldingen op te voeren en sneller in te grijpen in gezinnen bij vermoedens van kindermishandeling. Ze weten heel goed dat uit de praktijk blijkt dat de meldingen vaak niet serieus worden genomen, vooral als een kind al onder toezicht staat -omdat jeugdzorg zichzelf als ‘expert’ beschouwt en geen bemoeienis van anderen verdraagt uit de directe omgeving van het kind- en ze zijn inmiddels ook voldoende op de hoogte gesteld van de gevolgen voor gezinnen die valselijk van kindermishandeling worden beschuldigd. Het speuren naar ‘zorgelijke signalen’ wordt onverminderd voortgezet, want de gekte wordt niet minder, maar erger en dringt zich als een virus binnen in alle hoeken en gaten van de samenleving. Zelfs het Openbaar Ministerie dat gaat over het strafrecht organiseert nu samen met Veilig Thuis en de Augeo Foundation bijeenkomsten zoals de Vakdag Kindermishandeling, (1) waarbij ze praten over speculatieve onderzoeken: ACE’s (Adverse Child Experience).(2) Ik zie in de toekomst gebeuren dat ouders niet alleen zonder bewijs hun kind kunnen verliezen aan de jeugdbeschermers zoals nu al het geval is, maar dat ze op zeker moment ook achter de tralies kunnen verdwijnen op grond van mishandelingspeculaties. In Engeland waren er al voorbeelden van talloze strafprocessen in verband met Münchhausen by proxy-beschuldigingen.(3) Daar lijken ze er inmiddels van teruggekomen getuige een artikel van Michael Nott uit 2005 getiteld ‘The Munchausen Syndrome by Proxy witch hunt’ maar in Nederland lopen we met alles tien jaar achter dus hier begint de hysterie pas.

Strafbare feiten onder toezicht jeugdzorg

De afgelopen week kwamen er twee zaken in het nieuws die aantonen hoe ineffectief de ondertoezichtstelling als kinderbeschermingsmaatregel is omdat er zware mishandeling van kinderen plaatsvond, terwijl jeugdzorg langere tijd bij beide gezinnen betrokken was. We zien dit soort zaken met de regelmaat van de klok voorbij komen, maar deze twee casussen waren opnieuw zeer ernstig. In de zaak van de Zwijndrechtse moeder die haar kinderen elf jaar mishandelde, (4) wordt gesproken over ‘slaan, schoppen, haren trekken en krabben’. Er werden in het gezin kopstoten uitgedeeld en de vader misbruikte zowel zijn zoon als zijn dochter. De dochter werd vanaf haar kleutertijd soms twee maal per dag misbruikt in de gang en de douche en de jongen moest ontlasting en sambal eten tot hij ging kotsen. Moeder wordt door deskundigen ‘enigszins of geheel ontoerekeningsvatbaar’ verklaard. En nu komt het mooiste, jeugdzorg kwam al jaren bij het gezin over de vloer en deed niets met de tientallen meldingen bij het meldpunt kindermishandeling afkomstig van familie en bekenden. (Waarom krijg ik weer zo’n déjà vû?) De ernstige mishandeling kwam aan het licht omdat de kinderen zelf telefonische opnames maakten en een dagboek van de mishandelingen bijhielden.

Melden biedt geen veiligheid

De lezer dient zich te realiseren dat dit de ‘jeugdbeschermers’ zijn die na een melding over vermoedens van kindermishandeling door de buren, school, de huisarts of politie gedaan bij Veilig Thuis de verantwoordelijkheid krijgen voor de veiligheid van het in zijn ontwikkeling bedreigde kind. Dit zijn de professionals die zogenaamd getraind zijn in het herkennen van kindermishandeling. Deze blinde naïeve hulpverleners die zich vaak laten inzuigen in de gezinssituatie mogen de ondertoezichtstelling uitvoeren, nadat via de Raad voor de Kinderbescherming de beschermingsmaatregel door de rechter is opgelegd. Ze staan er met hun neus bovenop, terwijl de mishandeling plaatsvindt. 

Landgraaf

In de zaak van de poging tot doodslag op een peuter in Landgraaf (5) lezen we over een ‘overdwarse schedelbreuk, bloed in de hersenen en cannabis in zijn bloed en urine’ waarmee een driejarig jongetje het ziekenhuis van Heerlen wordt binnengebracht. Ook deze peuter en zijn zusje stonden al langere tijd onder toezicht van jeugdzorg en er was al eerder sprake van blauwe plekken op het lichaam van het fysiek en verstandelijk achtergebleven jongetje. Volgens verklaringen van moeder zou het kind al langere tijd door haar aan cannabis verslaafde ex zijn mishandeld, waar familieleden, buren en kennissen aan toevoegden dat hij het jongetje graag pestte, treiterde en mishandelde. En dat allemaal onder ‘toezicht’ van jeugdzorg. Ik denk dat de kans op dodelijke mishandeling van kinderen onder toezicht van jeugdzorg ongeveer gelijk is aan de kans hierop zonder bemoeienis van deze belanghebbende instantie. Sterker nog, misschien zijn kinderen wel veiliger zonder jaren van ondertoezichtstelling aangezien jeugdzorg de neiging heeft anderen van een zaak weg te houden zodra zij het kind in beheer heeft. Een onafhankelijke waarnemer zou het kind waarschijnlijk veel eerder in veiligheid hebben gebracht.

Ondertoezichtstelling is ‘Russische roulette’

Het wordt tijd dat gemeentelijke beleidsmakers wakker worden en zelf gaan nadenken in plaats van zich als makke schapen te laten leiden door de mishandelingslobby met haar miljoenen en miljarden en inzien dat ondertoezichtstelling slechts een schijnveiligheid biedt die maar één doel heeft en dat is een voortdurende inkomstenbron voor jeugdzorg in stand houden van €7.700,- per kind, per jaar. Niemand houdt toezicht op de veiligheid van het kind, want de hulpverleners zijn vaker niet dan wel in het gezin aanwezig en als er van buitenaf zorgen worden geuit door de betrokken omgeving dan vindt jeugdzorg dat maar lastig. In de hulpverleningsdans rondom gezinnen verdienen alle betrokken instanties geld, maar niemand houdt in de gaten of het welzijn van het kind wel gediend is met alle bemoeienissen die vaak meer gaan over de hulpverleningsrelatie tussen jeugdbeschermers en ouders dan over kwaliteitszorg voor het kind. Juist de ouders waar jeugdzorg makkelijk afspraken mee kan maken zijn vaak de laag ontwikkelde, verslaafde of psychiatrische ouders die van zichzelf weten dat ze niet tot een normale opvoeding in staat zijn. Zelfbewuste ouders met enige zelfredzaamheid kunnen de jeugdzorgbemoeienis in hun leven vaak niet verdragen en komen juridisch met hen in conflict. Om die reden lopen vooral de onder toezicht gestelde kinderen van zwak begaafde of verslaafde ouders groot gevaar, niet de kinderen van ouders die met jeugdzorg de strijd aangaan, want daarvoor moet je bepaalde kwaliteiten bezitten als zelfrespect, doorzettingsvermogen en strijdbaarheid (dus ook pedagogische vaardigheden).  

Sharleyne, Papillon, Daniëlla, …

Het is iedere keer hetzelfde liedje; of het nu gaat over de dood van Sharleyne, Papillon of het door haar stiefvader doodgeknuppelde verstandelijk beperkte meisje Daniëlla waarbij tien hulpverleningsinstanties betrokken waren.(6) De incompetentie van de jeugdbeschermers straalt er vanaf. Het ergste is dat jeugdbeschermers hun eigen falen niet eens in de gaten hebben, maar rustig geloven dat ze alles doen wat in hun vermogen ligt om een kind of gezin te helpen. Dit zegt zowel iets over hun eigen perceptie als over hun competenties. De uitzending over de kinderen van de alcoholische moeder uit ‘Ieder huisje’(7) moest de kijker een beeld geven van hoe jeugdbeschermers te werk gaan en hoewel het mij persoonlijk voorkwam als een regelrechte aanklacht tegen henzelf en hun functioneren, schijnen jeugdbeschermers er een soort promotie van hun activiteiten in te zien. Zo verscheen er juni 2013 een artikel in Trouw over jeugdbeschermers die een gezin begeleidden, totdat het niet echt meer ging omdat alles was geprobeerd.(8) De vader had een IQ van 63 en daarnaast een psychiatrische diagnose. Hij uitte zijn stress met scheldpartijen en dreigementen. Moeder Leanne had ook een verstandelijke beperking, had een zeer moeilijke jeugd en was prostituee. Met ‘goede bedoelingen’ en vrijwillige hulp hadden de jeugdbeschermers alles gedaan wat ze konden, totdat op zeker moment de huisarts het onverantwoord vond om het volgende familiedrama af te wachten…

Zwakzinnige, maar gehoorzame ouders

Er zijn talloze zaken waarbij het mis gaat of waar het op het randje zat van een fatale afloop voor het kind, maar geen jeugdbeschermer zal zichzelf dit aanrekenen, noch de rechter, noch de gemeente, noch de landelijke politiek. Er wordt vooral gekeken of alle protocollen wel gevolgd zijn en dan is alles ‘dik in orde’ ook al is er weer een kind dood. Ik ken zaken waarbij kinderen in een mum van tijd uit huis werden gehaald, met nog geen kwart van de zorgelijke signalen die we waarnemen bij gezinnen onder toezicht van jeugdzorg met dodelijke afloop. Jeugdzorg wil geen capabele ouders, maar hopeloze zaken met de hoogste mate van onwaarschijnlijkheid voor een goed resultaat, zolang de ouders maar gehoorzamen. Als je braaf meeloopt in het opgelegde traject dan is er altijd wel een herkansing en dan mag je met je dronken kop de auto tegen een boom parkeren of jezelf ternauwernood ervan weerhouden een dodelijke dosis slaappillen in te nemen als je pasgeboren kind boven ligt te slapen. Het maakt niet uit wat je doet, als je maar beterschap belooft aan de gezinsvoogd en die relatie in stand houdt, want dan mag je het kind houden. Maar oh wee de ouders die in verzet gaan; die zijn pas een bedreiging voor het kind! Deze karikatuur die voor hulpverlening en jeugdbescherming moet doorgaan heeft wat mij betreft zijn langste tijd gehad.

Onderzoeksrechter

Er moet een radicale knip komen tussen hulpverlening en kinderbescherming onder leiding van een onderzoeksrechter/rechter-commissaris die in eerste instantie grondig onderzoek doet naar de veiligheid van het kind binnen drie dagen, zoals voorgesteld door advocaat Huib Struycken.(9) Is er sprake van ‘ernstig en acuut gevaar’ voor de minderjarige dan gaat het kind onmiddellijk naar een crisisplaatsing en wordt er niet door jeugdzorg of Veilig Thuis aangerommeld met informantenonderzoeken bij ketenpartners zoals school of huisarts, die veel te lang duren en vaak leiden tot de nutteloze maatregel van ondertoezichtstelling of het alternatief hiervoor, de inkomsten die jeugdbeschermers voor zichzelf genereren met ‘drang’ zoals werd aangetoond door een artikel in Follow the Money.(10) Indien er geen onmiddellijk en ernstig gevaar is, maar er wel enige zorgen zijn rond het veilig opgroeien van het kind, dan zullen in twee weken tijd alle belanghebbenden in de zaak door de rechter-commissaris worden gehoord en noodzakelijke onderzoeken opgestart, zodat er een compleet beeld ontstaat bij de onderzoeksrechter van de situatie en de benodigde interventies. De hulpverleners worden op die manier niet belast met de risico-taxatie, maar kunnen echt hulp gaan verlenen in het gezin.(11) De veiligheidsvraag en ook het welzijn van het kind (evt. psychologisch onderzoek - nulmeting) zijn dan aan het begin van het traject reeds in kaart gebracht. Dit heeft als extra voordeel dat ook het effect van de geboden hulp kan worden gemeten ten opzichte van de beginsituatie.

[In 2010 werden de effecten van jeugdzorginterventies door Van Yperen en Van der Steege omschreven als ‘verwaarloosbaar effectief’] (12)

Tranentrekkers tegen ‘kindermishandeling’

Alleen deze aanpak heeft kans van slagen om kinderen zowel veiligheid als zorgkwaliteit te bieden en hen ook op langere termijn een goede kans te geven om in de maatschappij hun plek te vinden. Elke te voorkomen uithuisplaatsing is meegenomen, maar niet als daarmee de veiligheid van kinderen in gevaar komt en dat is precies wat jeugdzorgtrajecten vaak doen. Ze houden een kind eerder in een onveilige situatie dan dat ze het eruit bevrijden, terwijl veel kinderen die heel goed thuis hadden kunnen blijven wonen met goede zorg, onrechtmatig van hun ouders worden weggerukt. De jeugdbeschermer doet niet alles in het belang van het kind, maar heeft ‘alle belang bij het kind’. Het wordt tijd dat politici, beleidsmakers en ook het grote publiek zich gaan verzetten tegen de ziekelijke beeldvorming van de mishandelingsindustrie die hen blijft bestoken met campagnes over het Vergeten Kind, het mishandelde kind, het eenzame kind, het opzettelijk ziek gemaakte kind (PCF), het kind in het nauw, het onbegrepen kind, het kind met ‘het verschrikkelijke geheim’ (omdat er niets te vinden is). Wij moeten eisen dat jeugdbeschermers verantwoording afleggen over het ontbreken van de zorgkwaliteit en veiligheid voor ’de meest kwetsbaren in de samenleving’. Want de meest kwetsbaren in de samenleving helpen wil iedereen, alleen moeten we niet zo naïef zijn om te denken dat meer melden de oplossing is, want de kans is groot dat daarmee juist het echte belang van het kind aan het zicht onttrokken wordt.

Sven Snijer



(1)Vakdag Kindermishandeling, Eva Kwakman (op twitter), 12 oktober 2017






(7)Ieder huisje  30 december 2014 RTL8 (video niet meer beschikbaar) http://svensnijer-essays.blogspot.nl/2017/02/bevrijdt-de-hulpverlener_28.html