vrijdag 27 september 2019

GIRFEC - Jeugdzorg infiltreert het onderwijs (deel 1)


Een dag nadat in het Schotse parlement de wet over de ‘Named Person’ -de centrale persoon in het GIRFEC-programma- werd ingetrokken (1) kwam het Nederlands Jeugd Instituut (NJI) met een verklaring waarin staat dat er ook ouders en professionals zijn die hun bedenkingen hebben bij GIRFEC. 




Net als bij ondertoezichtstelling

Drie jaar eerder, in juli 2016 (2) was er al een belangrijke uitspraak van het Engelse Hooggerechtshof die had bepaald dat de ‘Named Person’ in strijd was met het recht op gezinsleven (EVRM 8), maar in Schotland en ook bij het NJI werd onverminderd voortgegaan met de promotie van GIRFEC, de ‘Named Person’ en in Nederland de Kansencirkel. (3) In januari van dit jaar was het NJI nog op bezoek in Schotland, met een delegatie van de gemeente Tilburg om kennis te nemen van de werkwijze. Stevige kritiek op het systeem van Schotse ouders was geen gespreksonderwerp en bij de verspreiding van GIRFEC op Nederlandse scholen werd daar ook niet over gesproken, net zo min als over de uitspraak van het Engelse Hooggerechtshof. Er werd een verkeerd beeld geschetst door de bestuurder van Xpect Primair, stichting voor primair onderwijs in Tilburg die tijdens een tafelbijeenkomst beweerde dat de ‘Named Person’ in de wet verankerd was, al voegde ze eraan toe dat het ‘een punt van discussie’ was. (1:14 uur). Wat in het filmpje opvalt is de bekende riedel van de ‘doorzettingsmacht’ van de Named Person (die een paar keer wordt herhaald) wat onmiddellijk doet denken aan de generalist van de sociale wijkteams, waar al vanaf 2013 over gesproken werd. Er wordt nog aan toegevoegd dat deze Named Person de enige is die doorzettingsmacht heeft, “behalve als er een ondertoezichtstelling is” (want dan heeft de gezinsvoogd van jeugdzorg die doorzettingsmacht ook) Er wordt dus over de NP gezegd: ”De Named Person is formeel naast de ouder een gesprekspartner om dingen voor elkaar te krijgen”, maar de bevoegdheid van deze persoon wordt gelijk gesteld aan die van een gezinsvoogd bij een ondertoezichtstelling die moet worden uitgesproken door de rechter!

Een miljard aan bureaucratie!

Wat naast deze doorzettingsmacht opvalt is dat er nog steeds wordt gesproken over de noodzaak tot ‘ontschotten’ en de verschillende geldstromen (‘al die cultuurtjes’ in de woorden van één van de aanwezigen), terwijl het ontschotten of ‘ontkokeren’ en het doen verdwijnen van de gescheiden geldstromen juist één van de hoofddoelen was van de Decentralisatie die begon in 2015. De gemeenten zouden, omdat zij alle WMO en jeugdzorgtaken onder één paraplu kregen, alles bij elkaar brengen en dan zou die verkokering vanzelf verdwijnen. Daar is dus weinig van terechtgekomen, net zo min als van de doorzettingsmacht van de generalist van de wijkteams. Een recent onderzoek door Berenschot heeft aan het licht gebracht dat van het totale jeugdzorgbudget van € 3,8 miljard, maar liefst 29% (meer dan een miljard) niet naar de jeugdzorg gaat, maar naar coördinatiekosten. (4) Helaas gaat het in het onderzoek -zoals altijd bij onderzoeken naar de jeugdzorgkosten- uitsluitend over organisatie en inkoopbeleid van de gemeenten en niet over het kwaliteitsgebrek van Veilig Thuis, de Gecertificeerde Instelling en de Raad voor de Kinderbescherming die met hun vaak onnodige dwanghulp voor enorme kostenposten zorgen. Het advies van de onderzoekers Schenderling en Poels om de consulenten in de toegangspoort een centralere rol toe te bedelen en ze “collectief opdrachtgever van de beleids- en inkoopafdeling” te maken en hen laten meebepalen welke voorzieningen nodig zijn, zou mogelijk het j-ggz aandeel van de jeugdzorg goedkoper kunnen maken, omdat het dan beter aansluit op de zorgvraag van ouders en kinderen. Het verandert echter niets aan het probleem dat een HBO-geschoolde wijkteammedewerker niet dezelfde medische expertise heeft als een huisarts als het gaat om de vraag wat de beste hulp of doorverwijzing is voor een kind.

“Enorme wetswijziging nodig”

Ook het probleem dat veel ouders niet het risico willen lopen van valse beschuldiging van kindermishandeling en de toepassing van ‘drang & dwang’ door de wijkteams wordt er niet mee ondervangen. Als er beter op de ggz-hulpvraag wordt ingespeeld komen er nog steeds te weinig mishandelde kinderen in beeld. En dat was één van de grondgedachten van de Transitie, dat er helemaal niet zoveel ggz-behoefte bestaat in Nederland, omdat een aanzienlijk deel van de hulp in werkelijkheid bestaat uit mishandelde en emotioneel verwaarloosde kinderen. Met een soepelere doorverwijzing naar toepasselijke ggz-hulp bespaar je misschien wat geld, maar je vindt er geen multi-probleemgezinnen mee. En daar blijven de overheid, de jeugdzorgsector en de mishandelingslobbyisten (tal van organisaties in binnen- en buitenland) met een haast religieuze gedrevenheid op inzetten. De reden dat de overheid met graagte eraan meewerkt dat jeugdzorg in toenemende mate via de scholen gezinnen binnendringt, is dat de sociale wijkteams als “centrale toegangspoort tot de jeugdhulp” niet voldoen aan het soort besparing en preventie dat men voor ogen had. Ook het bekende 'naar de voorkant halen' van specialistische kennis kwam bij de Tafelbijeenkomst in Tilburg voorbij. De bijeenkomst leek voor een groot deel een kopie van de gesprekken in de jaren voorafgaand aan de Decentralisatie. In één opzicht was er echter iets heel nieuws te bespeuren. Iets dat menig ouder die de gezinsintegriteit hoog in het vaandel heeft staan ernstig zou moeten verontrusten; om de toenemende gezinsbemoeienis van jeugdzorg via de scholen volgens de GIRFEC-methode mogelijk te maken zal er in verband met de privacy van ouders “een enorme wetswijziging” nodig zijn. 


 

Aan Tafel college Getting It Right For Every Child (GIRFEC) – 23 mei 2019

Omdat er door het NJI nog werd gewacht op het onafhankelijke onderzoekspanel dat probeerde de wetswijziging in Schotland te handhaven binnen het kader van de uitspraak van het Engelse Hooggerechtshof, gaf zij publiekelijk geen aandacht aan dit privacy-aspect. Steden als Tilburg en Haarlem werden onder leiding van het NJI uitvalsbasis voor de GIRFEC-campagne, die twee jaar lang stilletjes doorging, de ontwikkelingen in Schotland afwachtend. Het verhaal van het NJI over de Named Person veranderde plotseling toen de ‘Named Person’ in Schotland sneuvelde en veel Nederlandse ouders en professionals via twitter ruchtbaarheid gaven aan dit systeem van staatsopvoeding, waarbij Engelse, Schotse en Nederlandse ouders met elkaar samenwerkten. Desk researcher Bernice Bartelds schreef over de ontwikkelingen in Nederland het artikel “GIRFEC for dummies” en “Staatsovername van alle kinderen in Nederland”. Wat zij vooral beschrijft is de gluiperige manier waarop dit systeem in Nederland wordt geïntroduceerd zonder medeweten van ouders en het totalitaire aspect ervan, dat het “alle kinderen in Nederland” betreft, “ongeacht hun zorgbehoefte, gedrag of beperkingen”. Het gaat hier dus om een risico-profilering die in strijd is met de privacywetgeving. Normaal gesproken worden er pas ‘risicovolle signalen’ in beeld gebracht nadat er over een gezin een melding is gedaan bij jeugdbescherming/Veilig Thuis. Hier ligt het signaleren aan de basis van alles en dat mag niet.



Ouders in het defensief

Hoewel de ‘Named Person’ in Schotland al knock out is geslagen (5), gaan de professionals onverdroten door met het GIRFEC systeem eromheen, maar nu op ‘vrijwillige basis'. Dat wil zeggen op basis van misleiding, omdat men weet hoe weinig ouders goed geïnformeerd zijn op dit gebied. Hoeveel ouders kennen werkelijk de gevolgen van een anonieme melding? Er is door de sector teveel geïnvesteerd om nu opeens de stekker eruit te halen, dus wordt via allerlei omwegen toch geprobeerd om GIRFEC te presenteren als een onschuldig pedagogisch ideaal dat in dienst staat van het kind. Het is echter niet zo onschuldig als het lijkt, omdat er via allerlei kanalen informatie over kinderen wordt verzameld die primair terecht komt bij anderen personen (leerkracht, lead professional) dan ouders. Dat is wat er niet klopt. In de basis lijken zorgprofessionals te geloven dat ouders niet te vertrouwen zijn en dat de opvoeding zo veel mogelijk bij hen moet worden weggehaald en toevertrouwd aan de staat, want jeugdzorg en Raad voor de Kinderbescherming zijn (semi)-overheidsinstellingen.

Kinderen uit stabiele gezinnen het gelukkigst

De hele jeugdzorgindustrie rondom kinderen gaat uit van de gedachte dat kinderen vooral in hun eigen gezin gevaar lopen en dat de staat ze moet beschermen, terwijl uit diverse onderzoeken blijkt dat juist die kinderen het beste terechtkomen in de maatschappij en het meest gelukkig worden als volwassenen, die uit stabiele en hechte gezinnen komen, waarvan de ouders duidelijke normen en waarden (persoonlijke / individuele waarden) overbrengen op hun kind. Geen staatsideologie. (6) Omdat de overheid bang is dat er te weinig capabele ouders zijn -en vijand van de staat in het gevecht om de voogdij over het kind- wordt de gezinsintegriteit steeds verder afgebroken en ouders hun rechten ontnomen, zodat kinderen massaal aan de sociale maakbaarheidsmachine kunnen worden gevoerd. Het kan dan ook geen toeval zijn dat er juist voor minder draagkrachtige ouders straks geen sociaal-advocaat meer beschikbaar is, omdat de één na de ander zijn kantoor moet sluiten wegens te lage overheidsvergoedingen. Dit komt nog bovenop de situatie dat ouders sinds enkele jaren zelfs geen recht meer hebben op een advocaat op toevoegingsbasis, voordat het dossier naar de Raad voor de Kinderbescherming wordt gestuurd, zodat zij in het hele voortraject niet kunnen beschikken over juridisch advies.


“Ook professionals en deskundigen uiten hun zorgen”

Het NJI moet haar uitleg over GIRFEC na terugtrekking van de wet in het Schotse parlement met lange tanden hebben geschreven, maar nog steeds is de tekst niet vrij van misleiding. Er wordt een beeld geschetst van gezamenlijkheid, dat op geen enkele manier overeenstemt met het verloop van het proces waarbij ouders nadrukkelijk buiten alle ontwikkelingen rond de ‘Named Person’ zijn gehouden. Zo schrijft het NJI: …”maakt de discussie rond GIRFEC nogmaals duidelijk dat ouders zich onvoldoende gehoord voelen in hun zoektocht naar de beste ondersteuning voor hun kind(eren)…”. Kort en duidelijk, er is nooit discussie geweest over GIRFEC totdat ouders erachter kwamen en de alarmbel luidden hierover. Het NJI deed net of haar neus bloedde toen ouders haar de uitspraak van het Engelse Hooggerechtshof voor de voeten wierpen. De hoop was dat er ondanks de uitspraak van het Hooggerechtshof toch nog een mogelijkheid zou worden gevonden om de ‘Named Person’ erdoor te drukken. Twee jaar lang heeft een onafhankelijke commissie opgezet in november 2017 geprobeerd de ‘Named Person’ levensvatbaar te maken binnen het kader van de uitspraak van het Hooggerechtshof van 2016 en dat is niet gelukt. (7) Dat voor wat betreft de passage van het NJI dat ouders zich ‘onvoldoende  gehoord voelen..” Daarnaast is er in het kader van GIRFEC nooit een ‘zoektocht’ van ouders geweest, zeker niet in de richting van een totalitair systeem vanuit de overheid dat ouders tot tweede- of derderangs personen maakt in de opvoeding van hun eigen kinderen.

‘Vijf vragen over Girfec’ 

In haar verklaring van 20 september 2019 ‘Vijf vragen over Girfec’ zet het NJI uiteen wat het systeem is, waar het vandaan komt en wat de eventuele bezwaren ertegen zijn.

“GIRFEC staat voor ‘Getting It Right For Every Child’. Het is een aanduiding voor een gedachtengoed dat in 2006 in Schotland is geïntroduceerd in de beleidsontwikkeling en in de dagelijkse praktijk van iedereen die werkt met en rond kinderen, jongeren, hun ouders en gezinnen. De ontwikkeling en de kansen van kinderen staan daarin centraal. Het gedachtegoed is bedoeld als ondersteuning om tot een inclusieve samenleving te komen: iedereen hoort erbij en verdient kansen.”

Risico-indicatoren

Het klinkt natuurlijk geweldig, een inclusieve samenleving waarin iedereen erbij hoort en kansen krijgt. Maar in de praktijk betekent het dat werkelijk iedereen zich met kinderen mag gaan bemoeien en dat de rol van ouders steeds minder van belang is. We hebben hier te maken met vaag taalgebruik, want nergens wordt aangegeven in welk opzicht dit systeem verschilt van de gangbare vormen van jeugdhulpverlening, buiten een grotere overheidsbemoeienis en het koppelen van informatiesystemen. Met GIRFEC wordt sterk gefocust op 'gevaar', wat bevestigt dat internationaal de meldingshysterie blijft aanzwellen (denk ook aan ACE’s, SMECC, ‘Duizend dagen’, etc). In het takenpakket van de ‘Named Person’ die de centrale figuur moest worden in dit systeem, is een lijst te vinden van 221 ‘risico-indicatoren’(!) en 308 indicatoren van ‘welbevinden’. Wie de werkwijze van jeugdzorg kent, weet dat ook de positieve indicatoren gebruikt kunnen worden in een speurtocht naar kindermishandeling, als men uitgaat van het ‘gevaar’ van het ontbreken van de positieve signalen. Probeer als kind maar eens 308 positieve signalen af te geven die aantonen dat het goed met je gaat of te voorkomen dat je een bepaald aantal van de 221 risico-indicatoren laat zien. Zo wint de jeugdbeschermer altijd!


Kind aan het infuus

Na de invoering van de Meldcode kindermishandeling in ziekenhuizen (‘97% niets aan de hand’), woningbouwverenigingen, scholen, etc, krijgen in Amsterdams nu ook kappers en schoonheidsspecialisten een eendaagse cursus om kindermishandeling of huiselijk geweld te signaleren. Zo kwam er een klusjesman van de woningbouwvereniging bij een moeder thuis met een kind dat aan het infuus lag. Tussen zijn werkzaamheden door begon hij het kind te ondervragen, waarom het niet op school was. En waar de juffrouw was die zijn vervangende lessen moest regelen. De moeder van het kind begreep pas waar deze ongevraagde bemoeienis met haar kind vandaan kwam, toen de klusjesman vertelde over de mishandelingscursus die hij had gevolgd. Is dit de inclusieve samenleving die men met GIRFEC voor ogen heeft?
  


National Risk Framework to Support the Assessment of Children and Young People:


https://www.gov.scot/publications/national-risk-framework-support-assessment-children-young-people/

Ouders rekenen af met de staatsvoogd

“GIRFEC is verankerd in de Schotse wetgeving, in het onderwijs, en in de ondersteuning van gezinnen en jongeren. Die verankering bestaat uit een aantal elementen, waaronder:

Een set van principes en waarden met betrekking tot de rechten van kinderen, afgeleid van het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind

Acht belangrijkste aandachtspunten als het gaat om het welzijn van het kind, weergegeven in een cirkel (‘the wheel of wellbeing’ – in Nederland ook wel aangeduid als ‘de Kansencirkel’).

Een element dat veel discussie heeft opgeroepen is de vaste contactpersoon, de zogeheten ‘named person’, en hoe omgegaan wordt met informatie-uitwisseling. Dit onderdeel van de Schotse wetgeving is inmiddels ingetrokken.”


Belangrijk is vooral het laatste punt, het intrekken van ‘dit onderdeel van de Schotse wetgeving’, want dat is niet zomaar gebeurd. Hier zijn vooral oplettende ouders verantwoordelijk voor geweest in Schotland. Het NJi heeft niet eerder aan ouders of aan scholen in Nederland kenbaar gemaakt hoe controversieel dit onderwerp was in het buitenland en hoezeer ouders daartegen hebben gestreden. Pas nadat de commissie in Schotland twee jaar lang tevergeefs heeft geprobeerd de ‘Named Person’ met de uitspraak van het Engelse Hooggerechtshof in juli 2016 in overeenstemming te brengen, bericht het NJI over het intrekken van de ‘Named Person’. Maar omdat de GIRFEC als geheel wordt doorgedramd met een missionair fanatisme, rijst de vraag wie straks stilletjes de plaats van de Named Person zal gaan innemen binnen het systeem. Wordt dat de Ouder-en-Kindadviseur, de docent, of de directeur van de school? Iemand zal toch de centrale regie moeten hebben in een alomvattend systeem…en hoe voorkom je daarbij dat ouders deze zullen herkennen als een vermomde ‘Named Person’? (8)

“Op diverse plekken in Nederland spreekt het gedachtengoed aan, omdat er urgentie wordt gevoeld om interprofessioneel samen te werken.”

Dat die urgentie wordt gevoeld laat zich raden. GIRFEC kwam niet uit de hemel vallen, want het wordt flink gepromoot door het NJI. In 2014 was de toenmalige minister van onderwijs Sander Dekker al mee op studiereis naar Schotland om kennis te maken met deze nieuwe vorm van onderwijsinfiltratie door jeugdzorg.



Lees hier Deel 2 van "GIRFEC - Jeugdzorg infiltreert het onderwijs" 


Voetnoten:








“The Named Person scheme is a vehicle for neoliberal state control. ... resulting in social work practice becoming distanced from its social change agenda, instead working on families rather than with families.” http://researchonline.gcu.ac.uk/portal/files/26623243/Crafting_the_Society_of_Control.pdf



(8)“The scrapping of the Named Person scheme is very welcome. But a problem remains: the ethos behind the scheme – the suspicion of ordinary families and the presumption that parents and children need support in every part of their lives – is still intact.” https://www.spiked-online.com/2019/09/23/good-riddance-to-the-named-person-scheme/