Maya Angelou zei dat mensen vergeten wat je gezegd of gedaan hebt, maar dat ze nooit vergeten welk gevoel je hen gaf. Bij de uitzending van EenVandaag (1) over Veilig Thuis en vermoedens van Münchhausen by proxy, werd voor veel kijkers die nog nooit met deze organisatie te maken hebben gehad of er zelfs maar van gehoord hebben, duidelijk wat voor een rigide mentaliteit en venijn er onder hun medewerkers te vinden is. Verschillende twitteraars namen het woord ‘eng’ en ‘griezelig’ in de mond en menigeen twijfelde aan de toerekeningsvatbaarheid van de nog op PCF te promoveren vertrouwensarts van Veilig Thuis, Patries Worm. De persoon die naast haar stond was Tanno Klijn, lid Raad van Bestuur van Veilig Thuis, bestuurder Samen Veilig Midden-Nederland (in 2011 acht maanden directeur Jeugdzorg Nederland), maar die trok niet de meeste aandacht. Zijn verhaal was er een uit het boekje van standaardantwoorden bij persvragen over jeugdzorgmisstanden en daarbij kwamen de bekende termen als ‘privacy’ en ‘complexe zaken’ voorbij waar men zich gewoonlijk achter verschuilt. Ook stelde hij dat er vanuit Veilig Thuis maar weinig zaken worden doorgestuurd naar de Raad voor de Kinderbescherming om de schrik een beetje weg te nemen. Dit gegeven is echter geen teken van mildheid van de organisatie of van secuur onderzoek doen, maar simpelweg een bewijs dat er teveel loze meldingen worden gedaan. Als we dan bedenken dat bij serieuze gevallen van kindermishandeling, zoals huiselijke geweld met politiebetrokkenheid, de route via Veilig Thuis juist een vertraging betekent voor zaken die rechtstreekse bemoeienis van de Raad vereisen in verband met ‘acuut en ernstig gevaar’ voor het kind(2) dan begrijpen we waarom deze organisatie het van speculaties en ongefundeerde beweringen moet hebben.
Drie gevallen in
veertig jaar
In
de uitzending hoorden we emeritus-hoogleraar kindergeneeskunde Pieter Sauer zeggen
dat hij in veertig jaar tijd slechts drie gevallen van Münchhausen by proxy heeft
meegemaakt, maar de impliciete- en expliciete beschuldiging van ouders die zouden lijden aan deze aandoening is al een aantal jaar bespeurbaar in
talloze AMK (Veilig Thuis)- en jeugdzorgrapporten. Soms is de beschuldiging MBP
de directe aanleiding voor een uithuisplaatsing (waarbij het bewijs achteraf
gefabriceerd moet worden), maar veel vaker worden er in rapportages suggesties
gedaan die wijzen in die richting. Veilig Thuis-medewerkers die door
onvoldoende kennis van het zeer zelden voorkomende syndroom niet om de
haverklap de term durven te noemen in hun rapporten kunnen er wel naartoe
sturen (Sauer:’Ze redeneren naar een bewijs toe’) zodat het er in de rechtszaal bij
aanvraag van ondertoezichtstelling of uithuisplaatsing allemaal heel verdacht uitziet.
Vandaar dat in de uitzending één van de vaders een uitspraak van de Veilig
Thuis-medewerker aanhaalde: ‘bij de rechter krijgen wij altijd gelijk’. Ze
zijn er namelijk gepokt en gemazeld in om bij de rechter de schijn te wekken
die moet suggereren dat er sprake is van ernstig en acuut gevaar voor het kind,
zelfs als dat er niet is. En om het nog erger te maken zijn er rechters, die wanneer
ze bij een aanvraag voor uithuisplaatsing door de Raad voor de
Kinderbescherming een juridisch onjuiste grond voorgeschoteld krijgen, eigenhandig
de volgens het wetboek vereiste juridische formulering invullen in de
toekenning van de machtiging uithuisplaatsing! Dit laat niet alleen zien
hoeveel onduidelijkheid er bij jeugdbeschermers bestaat over de wettelijke
gronden voor uithuisplaatsing, maar ook hoe weinig rechters de behoefte voelen om
die gronden te toetsen.
Nooit het
boetekleed aantrekken
Tanno
Klijn zei wat we vaak van jeugdzorgwoordvoerders te horen krijgen bij elk
misstand en ieder gezinsdrama, wanneer ze met veel moeite tussen hun
opeengeklemde tanden door de belofte weten te persen dat ze hun best zullen
doen ervan te ‘leren’. Natuurlijk gaan ze ervan leren. Zonder grondige analyse,
zonder het boetekleed aan te trekken, gewoon omdat ze het zo sneu vinden dat
ouders of door jeugdzorg beschadigde kinderen het ‘zo beleefd hebben’. Het zijn
natuurlijk maar subjectieve belevingen al die klachten decennia lang, maar ze
zijn heel begripvol en ze staan open voor verbetering. Als we voor elke beterschapbelofte
van jeugdzorg honderd euro zouden krijgen, dan hadden we spoedig geen staatsschuld
meer. Maar wie het echt bont maakte en werkelijk de overtreffende trap bereikte
van meest krankzinnige reacties op falen en machtsmisbruik door
jeugdbeschermers, was vertrouwensarts Patries Worm. Zij had niets te maken met
het feit dat de moeder van één van de gezinnen al vijf maal door verschillende
psychiaters onderzocht was en vrijgepleit van psychiatrische stoornissen en
bleef erop hameren dat de diagnose PCF voor het kind geldt. Jeugdbeschermers
denken immers altijd aan het belang van het kind, maar het is een beetje
onlogisch dat het kind een conditie oploopt met de naam PCF als het daarvoor
feitelijk mishandeld moet zijn door ouders die lijden aan Münchhausen by proxy.
De ouders hebben de aandoening niet, maar het kind heeft wel het ermee verband
houdende trauma. Hoe onredelijk, blind en fanatiek kun je zijn als mishandeling-inquisiteur?
Rioolwater
inspuiten
Dat
de beide jeugdbeschermers in de studio bijzonder ongemakkelijk werden van de
getoonde beelden en de verbijsterende uitspraken die werden gedaan door een vertrouwensarts
van Veilig Thuis (‘Ik hoop dat er iets gebeurt, want dan zijn we van de hele
discussie af.’ Ziekenhuisarts: ‘Maar het kind mag er natuurlijk niet aan
overlijden.’) werd wel duidelijk uit het feit dat mevrouw Worm herhaaldelijk van
het onderwerp afweek en over situaties sprak als ‘ouders die hun kind met
rioolwater inspuiten’ alsof dat maar iets te maken had met de verschrikkelijke
situatie waar de getoonde gezinnen in terecht waren gekomen. Normale mensen die
op een vreselijke manier worden bejegend, waarbij jeugdbeschermers hun eigen
gelijk en tunnelvisie laten prevaleren boven het oordeel van meerdere
onafhankelijke deskundigen en zelfs een tussenvonnis van de rechter. Wat ons ook
meteen uit de droom helpt over de geloofwaardigheid van de gebruikelijke verdediging
van jeugdzorg dat alle beschermingsmaatregelen door de rechter worden getoetst.
Niet alleen toetst de rechter in veel gevallen niet of nauwelijks, maar het komt
regelmatig voor dat jeugdzorg zelf zich niet houdt aan de uitspraken van de
rechter en bij omgangsfrustratie door één van beide ouders na een ‘vechtscheiding,
toelaat dat de ouder die recht heeft op omgang zijn/haar kind maanden of zelfs jaren
niet ziet.
‘Diagnostische
signalen’
Een
andere dooddoener die voorbij kwam was het MDO (multidisciplinair overleg) dat
moest suggereren dat er bij jeugdzorg onderling kritisch met elkaar gesproken
wordt over een casus, maar als verweer tegen de beschuldiging van ‘tunnelvisie’
is dit niet erg steekhoudend. Tunnelvisie impliceert juist dat iedereen die bij
een zaak betrokken is lijdt aan dezelfde beeldvorming in de richting van een van
tevoren bepaalde uitkomst. De tunnelvisie zorgt ervoor dat men elkaar niet kan
bijsturen in een team, omdat iedereen van hetzelfde last heeft. Bovendien ziet
de gedragsdeskundige van jeugdzorg in dit team het kind meestal niet
persoonlijk (art. 35 UvB.Wjz) maar gaat hij/zij af op de ‘diagnostische
signalen’ die worden overgebracht door de Veilig Thuismedewerker of
gezinsvoogd.(3) Wat de ‘samenwerking met ouders’ betreft die eveneens in het studiogesprek
naar voren kwam, kan er niet genoeg voor gewaarschuwd worden dat
iedere ouder die met jeugdbeschermers te maken heeft nooit op basis van
gelijkwaardigheid met ze om de tafel zit, want het belang van het kind wordt veilig
gesteld door te taxeren hoe gevaarlijk de ouders zijn. Het feit dat een ‘transparant’
gesprek meteen in een dossier terecht komt dat juridisch gewicht heeft bij een eventuele
rechtsgang zou ouders aan het denken moeten zetten.
Veilig Thuis bij
je thuis
Uit
eigen ervaring kan ik beschrijven hoeveel vertrouwen men kan hebben in de ‘vertrouwensarts’
van Veilig Thuis, de enige arts in Nederland zonder beroepsgeheim die allesbehalve transparant is naar ouders (tegenwoordig
worden ook normale artsen van overheidswege gedwongen hun beroepsgeheim te
schenden). Wij kregen zeven jaar
terug een casemanager en vertrouwensarts van het AMK (Veilig Thuis) over de
vloer naar aanleiding van een zorgmelding gedaan door de school van onze
dochter. Ons kind was seksueel geïntimideerd en geslagen door twee zusjes uit
een probleemgezin die hierin ook andere kinderen wisten te betrekken en toen
wij ons verhaal hierover deden op de school ging niet alleen de school
hermetisch op slot (niemand mocht met ons praten) maar deed de interim-manager
een zorgmelding onder het motto ‘de aanval is de beste verdediging’. (4) Er
kwam geen onderzoek naar eventueel misbruikte kinderen (vier tot zes-jarigen),
maar een onderzoek naar ons gezin en het gevaar dat wij zelf vormden voor ons
kroost. De school werd ook in het onderzoek betrokken, maar natuurlijk alleen
als informant en als ketenpartner van jeugdzorg. Vandaar dat we naderhand in het AMK-rapport
lazen ‘Melder is school, dus betrouwbaar.’ Dat wij ons kind na overleg met de
leerplichtambtenaar enige maanden thuis hielden, totdat wij een nieuwe school voor
haar hadden gevonden was ook een reden om de kindermishandeling ‘bewezen’ te
achten, naast het feit dat wij vermoedelijk nog veel ergere dingen op ons
geweten hadden.
Hangslot en
drogeren
Dat
wij van Münchhausen by proxy verdacht werden (of dat in die richting werd
gewerkt gedurende het informantenonderzoek) ontdekten we pas vijf jaar later na
een uitzending over een moeder met autisme die van MBP beschuldigd werd, tegen
het oordeel van meerdere deskundigen in. Maar zover waren we nog niet tijdens
het eerste gesprek met de beide dames bij ons thuis. Het gesprek zelf verliep
schijnbaar soepel en niets wees erop dat wij ons in die fase al in de
gevarenzone bevonden. Wij hadden de hoop dat er een onderzoek zou komen naar
alle partijen (ook de school en de andere kinderen, zowel daders als
slachtoffers) en we verwachtten begrip van het AMK vanwege het trauma dat onze
dochter had opgelopen. De vertrouwensarts vroeg vlak voor de beëindiging van
het gesprek of ze nog een extra koekje mocht nemen en wij zijn weliswaar
Nederlanders, maar in ‘het belang van ons kind’ kon dat er nog wel vanaf.
Huisarts belt
Huisarts belt
De
grote schok kwam een kwartiertje nadat ze vertrokken waren en ik een
telefoontje kreeg van onze huisarts die vertelde dat wij ervan verdacht werden
onze zoon gedrogeerd te hebben. Hij was die dag niet naar school gegaan vanwege
de griep en lag diep te slapen met zetpillen tegen de koorts. De schuifdeur van
zijn kamer hadden we met een klein slotje van zo’n vier centimeter afgesloten,
omdat anders zijn zesjarige zusje (met autisme) hem de hele dag zou storen en
dan kon hij niet rusten. Het slotje was ooit ingevoerd vanwege een tamme muis
die met zijn bak zaagsel op het stapelbed stond en we wilden niet dat onze
dochter daar voortdurend op zou klimmen. Uiteraard vond de huisarts die vrij
snel bij ons ter plaatse was niets bijzonders, buiten het feit dat hij de griep
van onze zoon kon bevestigen, maar het slotje op de schuifdeur kwam later in
het AMK-rapport terug als een ‘hangslot’ waarmee we onze zoon hadden
opgesloten. Het was natuurlijk het makkelijkst geweest als de vertrouwensarts
zelf even naar onze zoon had gekeken (zijn ogen checken) om te zien of hij
gedrogeerd was, want als Veilig Thuismedewerker ben je ‘expert’ in kindermishandeling,
maar het is voor het AMK-rapport veel beter om er een andere arts bij te halen.
Door de huisarts medeplichtig te maken aan het mishandelingsonderzoek, zijn er
samen met de school en het AMK al drie ketenpartners die de ‘mishandeling’ onderzoeken
en daar kun je als ouders niet tegenop. Het is echter in strijd met de normale
logica, want huisartsen wordt juist geadviseerd om Veilig Thuis te bellen als
ze het zelf niet zeker weten bij een vermoeden van mishandeling…
‘Paradoxale
verdenking’
Dit
is maar één voorbeeld om te illustreren hoe de ‘samenwerking’ met Veilig Thuis
kan verlopen en het kan niet vaak genoeg herhaald worden dat je als ouders
geen poot hebt om op te staan. In het civiel recht draait het niet om bewijzen,
daar overheersen de vermoedens. De vermoedens van jeugdbeschermers wel te
verstaan, niet van deskundigen. Vandaar dat de opgestelde rapporten van
Veilig Thuis en de Raad altijd een rode draad volgen van het aaneenrijgen van ‘zorgelijke
signalen’ die bij elkaar opgeteld het beeld moeten geven dat er meer aan de
hand is. Heel af en toe komen we zelfs het verschijnsel tegen van de ‘paradoxale
verdenking’ die inhoudt dat ouders verdacht zijn in de ogen van
jeugdbeschermers, juist omdat ze
liefdevol en zorgzaam met hun kind omgaan, want dat kan niet kloppen. Iedereen
heeft wel eens een ‘offday’ en ouders die steeds geduldig, liefdevol en
pedagogisch verantwoord bezig zijn, daar moet iets achter schuil gaan. Dat is de
categorie waar Patries Worm waarschijnlijk hoog op gaat scoren, nadat ze is
gepromoveerd op één van de meest zeldzame aandoeningen bij ouders. Als eenmaal
bewezen is dat er één vader of moeder in Nederland een kind heeft ingespoten
met rioolwater dan zullen alle jeugdbeschermers en rechters vanaf dat moment daarin
getraind worden. Hoe signaleer je injecties met rioolwater? Kinderen van
tachtig kilo met overgewicht, welnee! Volgespoten met rioolwater zul je
bedoelen en als het nodig is maakt Veilig Thuis het Rioleringsbeheer ook
ketenpartner van het samenzweringskordon rondom ouders, zoals eerder de
woningbouwvereniging. Iedere keer dat het rioolwaterpeil met een paar
centimeter zakt zijn die Münchhausen-ouders weer met duizenden tegelijk bezig. En
ze zullen gevonden worden, want het gaat er niet om of het zo is, maar of ze
bij jeugdbescherming dat label op kinderen kunnen plakken en dan hoef je de mishandelende
ouders er alleen nog bij te zoeken.
Een paar honderd
duizend extra
En
dat hoeft niet zo moeilijk te zijn als we recent onderzoek naar
kindermishandeling mogen geloven, blijkens een artikel in JeugdenCo. (5)
De aantallen vermoedelijke gevallen van kindermishandeling zijn namelijk een
klein beetje bijgesteld van zo’n 119.000 duizend bij de laatste twee Leidse
prevalentieonderzoeken naar een getal van rond de 650.000 gevallen uit
fröbelonderzoek. Ach wat scheelt het, eerst een getal tot op duizend kinderen nauwkeurig
en er vervolgens met 531.000 gevallen van mishandeling boven gaan zitten! Gelukkig
gaf het artikel wel het advies om ‘genuanceerd’ met de cijfers om te gaan. Je
mag er dus een paar honderdduizend naast zitten… En dan te bedenken dat volgens
een onderzoek van Maartje Schouten, dat anders dan het laatst genoemde hysterie-onderzoek
van 650.000 wel wetenschappelijk gevalideerd is, de werkelijke aantallen
kindermishandeling zelfs beduidend lager liggen dan de 119.000 waar in de
Leidse prevalentieonderzoeken vanuit gegaan werd. (6) Maar dat hoeft toch
niemand te weten? Het belangrijkst is dat iedereen blijft melden. Of er iets
gevonden wordt of dat het bij vermoedens blijft, het gaat erom dat ze ouders kunnen
dreigen met de rechter en als dat nog niet voldoende is kunnen ze eraan
toevoegen ‘en wij krijgen altijd gelijk’.
Update: maandag 27 november
ontving Dark horse naar aanleiding van onze mails van Erasmus MC het bericht dat
het promotietraject van vertrouwensarts mevrouw Patries Worm tijdelijk stil
gelegd is. Worm wil promoveren op PCF.
Sven Snijer
(2)Signaleren
doet escaleren http://svensnijer-essays.blogspot.nl/2016/10/signaleren-doet-escaleren.html
(5)JeugdenCo
augustus 2017
(6)Peter
Prinsen artikel in NJB https://www.dropbox.com/s/2oxwtbsq1dfh5vs/zza-NJB17_PrevalentiestudieKindermishandelingPP.pdf?dl=0
Update: 21 december 2019
Update: 21 december 2019
Münchhausen
By Proxy: een scala aan bewijsproblemen https://herbezinningmbp.com/wp-content/uploads/2019/06/Scriptie-MBP-KvdA-anoniem.pdf
Münchausen
by Proxy (MBP) in het kinderbeschermingsrecht: een omstreden label met uitdagingen
voor waarheidsvinding https://www.wkadvocaten.nl/project/userfiles/JIP_2_Munchausen_by_Proxy.pdf
Stichting
Herbezinning Münchhausen By Proxy - https://herbezinningmbp.com/